Alles over sport logo

Praktijkvoorbeelden sport en bewegen op school

Sport en beweging hebben een positieve invloed op gezondheid én leerprestaties van kinderen. Bekijk deze praktijkvoorbeelden die sport en leren met elkaar verbinden.

Er is de afgelopen decennia veel onderzoek verricht naar de invloed van sport en bewegen op de leerprestaties van kinderen. Daardoor weten we onder meer dat sport en bewegen positieve effecten heeft op hun hersenstructuur en executieve hersenfuncties (o.a. filteren van informatie, plannen, besluiten nemen), op hun aandacht en concentratie; op hun motorische en beweegvaardigheden en op hun fit- en gezondheid. Allemaal zaken die van belang zijn om goed en gemotiveerd te kunnen leren.

Meer over de wetenschappelijke stand van zaken lees je in

De effecten van sport en bewegen op leerprestaties van kinderen

Aanwijzingen genoeg voor een positief oorzakelijk verband tussen sport, bewegen en leren, maar eenduidig bewijs is er nog niet. Daarvoor is meer onderzoek, over langere periodes en met omvangrijkere onderzoekspopulaties nodig. Belangrijk daarbij is dat onderzoekers ook nadrukkelijk kijken welke frequentie, intensiteit, duur en type beweegactiviteit het beste leereffect sorteren.

Toepassing in de onderwijspraktijk

2 kinderen doen samen een oefening om los van elkaar te komen
Foto: Bertram Bouthoorn

Ook het onderwijs is gebaat bij verder onderzoek, maar in de praktijk zijn veel scholen al voldoende overtuigd van de positieve effecten. In en om het klaslokaal experimenteren zij soms al jarenlang met sport en bewegen in combinatie met leren. Dat gebeurt op vier verschillende manieren, die ook in combinatie met elkaar worden ingezet.

1. Meer bewegen of sporten voor en/of na het leren

Bijvoorbeeld meer gymlessen per week of de dag beginnen met een half uur bewegen. Zeker dat eerste gebeurt veelvuldig op scholen in het primair, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs met het vignet Gezonde School, maar ook elders. Cognitieve ontwikkeling en leerprestaties zijn meestal een meer of minder belangrijk nevendoel. Het Rijswijk College richt zich op het stimuleren van meer bewegen met als doel fysieke, sociale maar vooral cognitieve vaardigheden van de VMBO-leerlingen te verbeteren. Deze school is het schooljaar 2015/2016 gestart met het Beweeg VMBO.

Eerstejaars leerlingen beginnen elke dag met een uur sport. Direct daarna volgen vakken die veel concentratie vereisen, zoals Nederlands en wiskunde. Het kost heel wat inspanning, maar het levert ook wat op, zo vertellen initiatiefnemers Mike Peters en Erwin van Oijen, in het artikel “nieuwe trend dagelijks bewegen op school”. Voor de beste effecten is/wordt binnen onderzoeksprogramma’s als ‘Hoe fitter, hoe slimmer’ en SMART MOVES! nadrukkelijk geëxperimenteerd met de frequentie, duur en intensiteit van de beweegactiviteiten.

Taal-, reken- of een andere schoolles terwijl de leerlingen springen, hinkelen, rennen of kniebuigingen maken. De bewegingen maken het leren leuk en uitdagend, maar ook makkelijker door de koppeling aan bijvoorbeeld een getal, som, letter of spellingsregel.
Leerlingen, leerkrachten en ouders zijn blij met de extra beweging, maar het leren staat bijna altijd voorop, zoals op de Lea Dasbergschool in Arnhem.

Tijdens het onderzoeksproject Fit & Vaardig op School (2011-2014) kregen basisschoolleerlingen drie maal per week een half uur bewegend taal- en rekenles. Na twee jaar hadden zij daarmee al een leerwinst van 5 maanden geboekt. Na hun Fit & Vaardiglessen konden de leerlingen zich bovendien beter concentreren op hun taken in de volgende les.

Fit & Vaardig op school

Bewegend leren staat enorm in de belangstelling, onder andere in Nijmegen. De gemeente Nijmegen biedt buurtsportcoaches, directeuren en groepsleerkrachten van basisscholen in Nijmegen workshops ‘Actief leren’ aan.

Verschillende organisatie bieden leerkrachten hulp bij het bewegend leren, door uitgewerkte programma’s aan te bieden. Zo wordt vanuit het programma Sportinnovator gewerkt aan een ‘applied games concept’ dat kinderen in het basisonderwijs in beweging krijgt door met een Digibord bewegen uit te lokken in het klaslokaal onder het motto: Digigym maakt fit en slim!

Lees ook over de aanpak van de gemeente Nijmegen

Bewegend leren toekomst van het onderwijs?

Een voorbeeld van een actieve rekenmethode is ‘Met sprongen vooruit’ van het Menne-Instituut. De speelpleinmethode Beweegwijs biedt scholen sinds kort ook ondersteuning bij het vormgeven van een rekenplein. Hier kunnen kinderen aan de slag met automatiseren en memoriseren van de rekenstof uit de klas.

Het jeugdjournaal laat zien hoe pratende pilaren op het schoolplein (speeltoestel Memo) de kinderen enthousiast maken om in de pauze’s al rennend te oefenen met rekenen.

2. Beweegbreak (energizer) tussen de lessen door

Even ontspannen en/of energie kwijtraken om daarna weer fris aan de slag te kunnen. Bij Sporty Kids gebeurt dat aan de hand van 5-minutenfilmpjes op het digibord. In het leuk vormgegeven inspiratiedocument ‘Recepten voor meer beweging op school zonder gedoe‘ zijn ideeën voor leerkrachten op een rij gezet om kinderen aan te sporen om meer te bewegen op en rond school. De activiteiten zijn makkelijk uitvoerbaar en er zijn weinig materialen nodig. Ook op schoolbordportaal zijn verschillende energizers te vinden zoals de filmpjes van ‘Just Dance’.

Fit@School uit Nijkerk heeft een aantal leuke korte beweegoefeningen gemaakt die je prima even tussendoor in de les kunt doen. Op Youtube vind je er nog meer.

3. Sedentair gedrag (langdurig zitten) tegengaan

Hierbij gaat het niet zozeer om meer of intensiever bewegen, maar vooral om het vermijden van te veel zitten. Dat doe je bijvoorbeeld door kinderen staand of fietsend (met een deskbike) te laten werken. Ook dat gebeurt op de eerder genoemde Lea Dasbergschool in Arnhem, of bij het project Fit@School op scholen voor basis- en voortgezet onderwijs in Nijkerk.

4. Voorbeelden uit het buitenland

De internationale aanpak BOKS (build our kids succes) ‘helps kids to kickstart their brains’. Oftewel BOKS helpt kinderen voor en tijdens de schooldag om hun hersenen goed op gang te krijgen. Elementen van het BOKS-programma wat in Amerika, Canada en Japan wordt uitgevoerd, zijn onder andere:

  • Iedere dag een hardloopactiviteit
  • Iedere week staat in het teken van het oefenen van een specifieke vaardigheid, zoals opdrukken of hurkspringen. Met een leuke hindernisbaan of estafette gaan de kinderen hiermee aan de slag.
  • Er is veel ruimte voor actief spel
  • Er is iedere dag een cool-down, met rek en strek oefeningen.

Het is ideaal om even voor een toets te doen. En het gaat er niet om dat kinderen een topsporter worden, maar gewoon dat ze wat gezonder leven.

Erben Wennemars – over ‘The daily mile’

Een in Nederland inmiddels bekend buitenlands initiatief is ‘The Daily Mile’, overgewaaid uit Groot-Brittannië. Steeds meer Nederlandse scholen experimenteren met iedere dag een paar rondjes rennen. In een onderzoek van het Mulier Instituut uit april 2019 geeft 10 procent van de schoolleiders aan met hun school aan The Daily Mile mee te doen. De schoolleiders van scholen die The Daily Mile uitvoeren geven tevens aan dat de klas rustiger is na het lopen van The Daily Mile waardoor beter geleerd kan worden (81%). Ook de bekendheid neemt toe. Vier van de vijf (81%) schoolleiders in het basisonderwijs hebben gehoord of gelezen over het beweeginitiatief.

JOGG vindt het project perfect passen bij haar themacampagne ‘Gratis bewegen: gewoon doen’. Daarom heeft het dit initiatief geadopteerd en werkt de organisatie nu hard aan de implementatie van het project. Er is een Nederlandse portal en er is een Nederlands Daily Mile-netwerk ontstaan met scholen, gemeentes, sportorganisaties en andere samenwerkingspartners. Erben Wennemars zet zich in als ambassadeur.

Basisschool De Bakelgeert in Boxmeer startte in mei 2016. En het initiatief heeft succes, zo blijkt uit een reportage van EenVandaag in juli 2016.

Opgenomen voorbeelden zijn niet meer dan een greep uit wat er allemaal gebeurt op het gebied van sport, bewegen en leren. Ervaringen zijn overwegend positief en spreken zich rond, zodat steeds meer scholen er zelf op één of meer manieren mee aan de slag gaan.


Auteur(s)

Artikelen uitgelicht


Beweegstimulering
Onderwijs
Kinderen
professional
praktijkvoorbeeld
bewegingsonderwijs