Webinar: zo benut je de waarde van bewegen voor welzijn
Week van de Motoriek | 13 november, 13.00 – 14.00 uur
Voldoende bewegen zorgt voor een betere gezondheid, meer zelfvertrouwen en een betere kwaliteit van leven. Voor kwetsbare doelgroepen is de waarde van bewegen nóg groter. Hoe kun je deze mensen, vanuit welzijn en zorg, in beweging krijgen? Dat en meer leer je in dit webinar. Schrijf je nu gratis in >
Ongetwijfeld zie je weleens beweeginitiatieven voor kwetsbare groepen voorbijkomen. Veel gemeenten zetten sport en bewegen namelijk al in binnen hun armoedebeleid, jeugdbeleid, gezondheidsbeleid (voor vitale ouderen) of welzijnsbeleid. Logisch, want sport en bewegen hebben allerlei positieve effecten op fysiek, sociaal en emotioneel gebied.
Het is belangrijk om te weten onder welke voorwaarden je sport en bewegen wel en niet moet inzetten. Want zomaar samen een potje voetballen of rondje wandelen met achteraf een kopje koffie, is niet altijd genoeg om die positieve effecten volledig te benutten.
Toolkit Sociale sportinitiatieven
De toolkit Sociale sportinitiatieven bevat een whitepaper en een overzichtstool. De whitepaper leert je uit welke bouwstenen sociale sportinitiatieven bestaan en hoe jij ze kunt inzetten in jouw gemeente. De overzichtstool gaat dieper in op de werkzame elementen, waarde, kansen en belemmeringen van sociale sportinitiatieven.
Twee soorten sportinitiatieven
Uiteraard is al het algemene sport- en beweegaanbod in jouw gemeente waardevol voor (kwetsbare) inwoners. Zij beleven hier plezier aan en worden er fitter van. Wil je sport inzetten om extra effecten te behalen op sociaal en maatschappelijk gebied? Kies dan voor een van onderstaande aanpakken:
- Sport als middel
- Sociaal sportinitiatief
Lees ook
Lees in het artikel Deze bouwstenen maken een succes van jouw sociale sportinitiatief onder welke voorwaarden een sociaal sportinitiatief succesvol is (inclusief praktische voorbeelden).
Sport als middel: nader bekeken
Bij sport en bewegen als middel bied je puur een passende beweegactiviteit voor een specifieke en vaak kwetsbare groep. De sportactiviteit zelf is het belangrijkste element in de aanpak, maar de deelnemers doen niet zozeer mee om fitter of ‘beter’ te worden in de activiteit. Wel om anderen te ontmoeten, te ontspannen en voor een groter gevoel van welbevinden.
Sport als middel is een vrij laagdrempelige aanpak, want er is organisatorisch niet veel nodig en de sportaanbieder (zoals de sportvereniging) kan de trekker zijn. Het belangrijkste is dat je aandacht hebt voor instroom van de juiste deelnemers (meestal via zorg of welzijn), kennis hebt van de doelgroep en continuïteit biedt in de activiteit. Hierbij is bijvoorbeeld het kopje koffie na afloop wel heel belangrijk, maar is er verder geen aanvullend programma ‘buiten de lijnen’.
Voorbeeld sport als middel: GoldenSports
In de interventie GoldenSports bewegen 65-plussers samen buiten in de buurt. Het doel is de senioren te helpen om langer gezond thuis te wonen. Doordat ze leeftijdgenoten in de buurt ontmoeten, vergroten ze hun sociale contacten en voelen ze zich minder eenzaam. Na afloop drinken de deelnemers samen koffie. Vrijwilligers spelen een belangrijke rol hierin. Zij houden bijvoorbeeld bij wie er al een tijd niet is gekomen en bellen dan na.
Sociale sportinitiatieven: nader bekeken
Als je bij de doelgroep streeft naar structurele vooruitgang op verschillende levensdomeinen, dan moet je ‘opschalen’ naar een sociaal sportinitiatief. Met een sociaal sportinitiatief ga je namelijk een stap verder dan sport als middel. Je organiseert een planmatige aanpak of interventie voor je doelgroep, met als doel dat zij vooruitgang boeken op een levensdomein als onderwijs, wonen, werk, welzijn of gezondheid.
Een sociaal sportinitiatief is geschikt bij meer complexe maatschappelijke vraagstukken. Hierbij zijn de deelnemers ook samen aan het bewegen, maar gaat het expliciet om vaardigheden ontwikkelen die ze vooruit helpen in het leven. Denk aan het bouwen aan zelfvertrouwen, verantwoordelijkheid nemen, samenwerken, teamwork ervaren, enzovoorts.
De belangrijkste voorwaarde om die vooruitgang te boeken, is de inzet van deskundige begeleiders. Deze professionals werken in een aanvullend programma gericht met de deelnemers aan het opbouwen van gewenste vaardigheden op andere terreinen dan sport. Dat doet de professional door te duiden wat er ‘in het veld’ gebeurt en dat te koppelen aan iemands ontwikkeldoelen in een specifiek levensdomein. Daarnaast onderhoudt deze begeleider actief het contact met alle betrokkenen, zoals ouders, maatschappelijke organisaties, jongerenwerkers en zorgorganisaties.
Deze professional is veelal de trekker van zo’n project en is vaak iemand uit zorg en welzijn of een ervaren sportprofessional. De sportaanbieder heeft hier enkel de rol van uitvoerder van het sportieve deel. Sociale sportinitiatieven zijn daarom altijd een samenwerking tussen lokale partners, zoals sport, gemeente, welzijn, zorg, sociale wijkteams, onderwijs, geestelijke gezondheidszorg (GGZ) en politie.
Voorbeeld sociaal sportinitiatief: de Voetbalwerkplaats
De Voetbalwerkplaats in Wageningen en Ede is een initiatief van de lokale zorgorganisatie en voetbalvereniging. De club biedt een begeleide leer- en werklocatie aan jongeren met een (licht) verstandelijke beperking of psychische problematiek. De ambitie van het project is om de jongeren aan een werkplek te helpen.
Rondom het voetbalveld doen de ‘voetbalwerkers’ klusjes en taken voor de vereniging. Tijdens het voetballen – aan het eind van elke werkdag – worden de vaardigheden die in hun werk aanbod komen, door hun begeleider gespiegeld in de voetbaltraining of vice versa.
Voor welke domeinen en doelgroepen is dit interessant?
Sport als middel en sociale sportinitiatieven zijn waardevol om binnen het sociaal domein in te zetten. Ook zijn ze in de praktijk niet altijd te onderscheiden: veel gemeentelijke sportprojecten zitten ergens op de bandbreedte tussen de twee aanpakken. Probeer om het maximale te bereiken voor je doelgroep, zoveel mogelijk elementen van een sociaal sportinitiatief in te zetten.
Het onderzoek voor het Oranje Fonds (zie kader) analyseerde 36 sociale sportinitiatieven. Deze richtten zich voor meer dan de helft op het thema ‘meer kansen in het leven, iedereen gelijk’. Daarbinnen was het aantal projecten gelijk verdeeld over de doelgroepen kwetsbare jongeren, volwassenen met afstand tot de arbeidsmarkt en mensen met een beperking. De andere helft van de sociale sportinitiatieven richtte zich vooral op het thema ‘betrokken buurten’. Een kleiner deel richtte zich op de thema’s ‘zorgen voor elkaar’ en ‘samen uit de eenzaamheid’. Daarin is zichtbaar dat op het thema eenzaamheid sport als middel veel wordt ingezet voor projecten.
Veldverkenning in opdracht van het Oranje Fonds
Het Oranje Fonds bouwt aan een sociale samenleving waar niemand er alleen voor staat en iedereen mee kan doen. Daarom mobiliseert, versterkt en ondersteunt het zoveel mogelijk mensen en organisaties die dat streven delen. De steun bestaat uit kennis en netwerk, geld, tijd en erkenning. Het fonds kan dit doen dankzij onder andere de Nationale Postcode Loterij, de Nederlandse Loterij, Vrienden en bedrijven. Koning Willem-Alexander en Koningin Máxima zijn het beschermpaar van het Oranje Fonds.
Van 2014 tot 2016 liep het programma de Kracht van Sport – een samenwerking tussen het Oranje Fonds, NOC*NSF en Kenniscentrum Sport & Bewegen – waarbij 20 sociale sportinitiatieven werden gesteund. In opdracht van het Oranje Fonds heeft Kenniscentrum Sport & Bewegen in kaart gebracht wat de behoefte aan en kansen voor sociaal sportinitiatieven in het werkveld zijn. De opgedane kennis en ervaringen zijn voor startende coalities of initiatiefnemers van sociale sportinitiatieven beschreven in de factsheet Kracht van Sport.
Bekijk ook de brochure De sociale kracht van sport met voorbeelden van succesvolle initiatieven.
Toenemende behoefte
Vrijwel alle gemeenten hebben een lokaal sportakkoord, waarbij sport,welzijn, zorg en onderwijs zijn aangehaakt. Sociale sportinitiatieven passen bij die ontwikkeling. Ook is te zien dat gemeenten hun buurtsportcoaches steeds meer inzetten om sport als middel te stimuleren in het sociale domein. In het onderzoek van Kenniscentrum Sport & Bewegen zagen de meeste partijen bovendien een toenemende vraag:
- De doelgroep groeit: er zijn meer eenzame jongeren, meer volwassenen met afstand tot de arbeidsmarkt, meer GGZ-cliënten en meer kwetsbare thuiswonende senioren.
- Sinds de coronacrisis groeit de vraag naar sociale sportaanpakken. Bestaande sportinitiatieven zeggen nu al overvraagd te worden.
- Steeds meer (semi-)professionele en grotere sportclubs willen graag een maatschappelijke bijdrage leveren.
Voorbeeld sociaal sportinitiatief: Futsal Chabbab
Futsal Chabbab is een pedagogisch welzijnsprogramma voor jongeren dat sport, onderwijs, veiligheid en leefbaarheid met elkaar verbindt. Dit programma zet zaalvoetbal in om jongens en meiden te bereiken die vaak op straat te vinden zijn. Doel is om schooluitval en overlast te verminderen. De jongeren worden in en buiten de sportzaal op hun gedrag gecoacht en volgen verplicht huiswerkbegeleiding als schoolprestaties achterblijven. Er wordt nauw samengewerkt met onder meer de gemeente, scholen, politie, straatcoaches en jongerenwerk.
Lees ook het artikel Futsal Chabbab: zaalvoetbal als verbindende activiteit.
Voorbeeld sociaal sportinitiatief: De Harde Leerschool
De Harde Leerschool stoomt deelnemers klaar voor werk of een opleiding. Het is een re-integratieprogramma voor (jong)volwassenen vanaf 18 jaar met een afstand tot de arbeidsmarkt. Door middel van rugby en aanvullende coaching en training leren ze vaardigheden die hen nieuwe kansen bieden op werk en om deel te nemen aan de maatschappij. De begeleiders sturen op kernwaarden (respect, samenwerken, plezier, discipline, passie, integriteit en solidariteit), zelfredzaamheid en het zelfvertrouwen van de deelnemers.
Ook is er een nazorgtraject omdat de deelnemers baat hebben bij intensieve ondersteuning voor een langere periode. Daarin ligt de focus op behoud van betaald werk of terugkeer naar school. Deelnemers worden begeleid door een coach van De Harde Leerschool en door mentoren (vrijwilligers) – die De Harde Leerschool opgeleid en ondersteund – van een regionale rugbyclub.
Lees ook De Harde Leerschool: ‘Ik heb weer zin om dingen te doen’