Alles over sport logo

Van problemen naar krachten: hoe ABCD-principes wijken in beweging brengen

Jouke Janze bracht in Groningen wijken letterlijk in beweging door niet te beginnen met wat er ontbreekt, maar juist met wat er al is. Met een bal onder de arm startte hij beweeggroepen die uitgroeiden tot bloeiende community’s. De Asset-Based Community Development (ABCD) principes blijken een krachtige manier om bewoners in hun eigen kracht te zetten. Hoe werkt deze positieve benadering en wat kunnen sportprofessionals ermee?

Asset-Based Community Development draait om een fundamenteel andere manier van kijken. “We zijn vaak geneigd om mensen te benaderen vanuit hun zwakte, wat ze niet kunnen”, vertelt Jouke Janze. “ABCD gaat juist uit van de kracht, passies en talenten die bewoners hebben.”

Het zijn geen interventies of methodieken, maar principes die uitgaan van:

  • Geloof dat elk mens talenten en passies heeft
  • Focus op wat er al aanwezig is in een wijk
  • Bewoners zelf laten bepalen wat belangrijk is
  • Verhalen en verbindingen centraal stellen

Deze aanpak ontstond in Amerikaanse achterstandswijken, waar twee sociaal werkers ontdekten dat focussen op problemen weinig oplevert. Door te kijken naar aanwezige krachten ontstond beweging van binnenuit.

Jouke Janze

Beginnen met een bal onder de arm

In de Groningse wijk Beijum begon Jouke Janze – in het dagelijks leven sociaal ondernemer – simpelweg met voetballen. “Elke dinsdagavond met een bal onder de arm jongens van de straat ontmoeten. Niet met een plan of interventie, maar gewoon sporten en verhalen horen.”

Zo ontstond Stichting Groningen Beweegt, met inmiddels tientallen beweeggroepen in verschillende wijken. Het bijzondere: veel groepen worden nu geleid door bewoners zelf. Een meneer die graag wilde tennissen, zette met hulp een eigen tennisgroep op.

Vijf soorten ‘assets’ in elke wijk

Volgens de ABCD-principes heeft elke wijk vijf soorten krachten (‘assets’) die je kunt benutten:

  1. Individuen: hun vaardigheden, passies en talenten tevoorschijn halen
  2. Fysieke plekken: van sportveldjes tot kerkzalen – vaak meer dan je denkt
  3. Groepen en verbanden: buurtcomités, appgroepjes, verenigingen
  4. Lokale economie: ruilhandel, burenhulp, informele uitwisseling
  5. Culturele assets: verhalen, tradities, rituelen die mensen verbinden

“We zochten een zaal voor zumba en kwamen bij de kerk terecht”, geeft Janze als voorbeeld. “Ze zeiden direct: wat prachtig, gebruik onze kerkzaal maar.”

De kracht van pauze en verhalen

“Verhalen zijn het cement van de gemeenschap”, benadrukt Janze. In de sportwereld zijn we geneigd door te denken en door te gaan, maar juist in de pauzes gebeurt het. De derde helft na het sporten blijkt cruciaal.

“Na een uurtje bewegen samen koffie drinken of soep eten – daar gebeurt de ‘magic’. Bewoners delen hun verhalen, je hoort wat er speelt en kunt verbinden.” Een professional die daar aanschuift, hoort over financiële zorgen, gezondheidsvragen of eenzaamheid. En kan doorverwijzen of verbinden met anderen in dezelfde situatie.

Van professional naar ondersteuner

Hoe geef je eigenaarschap aan bewoners? Janze vertaalde het situationeel-leiderschapsmodel van Hersey en Blanchard naar de sport- en beweegwereld. Hij bedacht een model in vier fasen:

  1. Ik doe, jij kijkt mee: professional leidt, bewoner observeert
  2. Ik doe, jij helpt: professional leidt nog, bewoner wordt hulptrainer
  3. Jij doet, ik help: bewoner neemt over, professional ondersteunt
  4. Jij doet, ik ben er als je me nodig hebt: volledige overdracht

“Dit proces duurt minstens twee jaar”, waarschuwt Janze. “We denken vaak dat we het in een jaartje kunnen fixen, maar echt eigenaarschap heeft tijd nodig.”

Duurzaamheid door eigenaarschap

Het geheim van duurzame initiatieven? Begin vanaf dag één met het idee dat bewoners het gaan overnemen. “Meestal stoppen projecten niet omdat bewoners afhaken, maar omdat de professional een nieuwe baan vindt of subsidie stopt.”

In Groningen leiden bewoners nu al 6 tot 8 jaar hun eigen groepen. Een vrouw die zelf geholpen werd door boksen, begeleidt nu anderen. “Ze ziet zichzelf als professional en wij ook. Ze vraagt alleen ondersteuning als ze het nodig heeft.”

Tips voor sportprofessionals

Wil je met ABCD-principes aan de slag? Janze geeft concrete tips:

  • Geloof oprecht dat iedereen talenten heeft, ook als je ze niet direct ziet
  • Investeer in de derde helft – schuif aan bij koffie na het sporten
  • Vertraag bewust – neem tijd voor verhalen in plaats van door te haasten
  • Begin klein – start zoals hijzelf: met een bal onder de arm
  • Denk vanaf het begin aan overdracht – maak jezelf op termijn overbodig
  • Waardeer vrijwilligers als professionals – ze brengen vaak meer dan je denkt

Samenwerking met gemeenten

Stichting Groningen Beweegt wordt gesubsidieerd door de gemeente Groningen via GALA-middelen (Gezond en Actief Leven Akkoord). “We zien een mooie samenwerking tussen wat wij vanuit inwoners opzetten en wat de gemeente op beleidsniveau mogelijk maakt”, zegt Janze.

Van probleem naar kracht

ABCD vraagt om een fundamentele omslag in denken. In plaats van: ‘Wat is het probleem dat we moeten oplossen?’ is de vraag: ‘Welke krachten kunnen we benutten?’ Voor living labs en andere wijkinitiatieven kan deze positieve benadering het verschil maken tussen een tijdelijk project en een duurzame beweging van binnenuit.

Zoals een deelnemer uit Beijum het verwoordt: “Ik gun mijn buurman ook dat hij eropuit gaat in plaats van achter de geraniums te zitten.” Dat is de kracht van ABCD: bewoners die elkaar in beweging brengen, letterlijk en figuurlijk.

Meer weten?

Dit artikel is gebaseerd op een interview van Sanne Cobussen met Jouke Janze in de podcastserie Walk&Talk van het netwerk Living Lab Sport en Bewegen, via de Hogeschool Arnhem en Nijmegen (HAN).

De foto boven dit artikel is van Marianne Brouwer.


Artikelen uitgelicht


Beweegstimulering
In de wijk
Jongeren, Kinderen
Voetbal
public, professional
praktijkvoorbeeld
beleidsontwikkelingen, financiering en subsidies, in beweging brengen, samenwerken