Alles over sport logo

4 voorbeelden van burgerparticipatie bij het beheer en onderhoud van sport- en speelplekken

Een beweegvriendelijke omgeving moet schoon, heel en veilig zijn om mensen daadwerkelijk te stimuleren om deze te gebruiken. Beheer en onderhoud van de fysieke inrichting van een omgeving (hardware) is dus belangrijk. Een speeltuin met kapotte speeltoestellen of stoepen en fietspaden met losliggende tegels en overwoekerd met onkruid, nodigen niet uit om op die plek te gaan spelen, lopen of fietsen. Een gemeente is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van de openbare ruimte, maar burgers kunnen hier ook een belangrijke rol in spelen. Dit artikel beschrijft vier voorbeelden van burgerparticipatie bij het beheer en onderhoud van diverse sport- en speelplekken in de openbare ruimte. 

Wat is burgerparticipatie?

In het verleden hadden burgers beperkt inspraak. Gemeentelijke plannen lagen een aantal weken ter inzage op het stadhuis waar burgers nog bezwaar konden maken. Hier werden burgers pas aan het eind van een proces betrokken en ging het vooral om ze te informeren en raadplegen. Dit wordt ook wel beleidsbeïnvloedende burgerparticipatie genoemd [1]. Er zijn verschillende niveaus van burgerparticipatie: 

  • Faciliteren
  • Meebeslissen
  • Coproductie
  • Adviseren
  • Raadplegen
  • Informeren

Hogere niveaus zijn adviseren, coproductie en meebeslissen. Hierin worden burgers al eerder in het proces, of zelfs vanaf het begin, betrokken bij de planvorming. De afgelopen jaren zien we een verschuiving in de richting van hogere participatieniveaus tot zelfs het faciliteren van burgerinitiatieven. Dit wordt ook wel zelfredzame burgerparticipatie of overheidsparticipatie genoemd [1]. Hierin is niet de overheid, maar de burger aan zet. Ofwel, het is niet langer de burger die participeert in projecten van de overheid, maar de overheid die participeert in initiatieven van de burger. Zoals het vergroenen van de straat met geveltuintjes, initiatieven voor duurzame energie bij sportaccommodaties of initiatieven voor duurzame deelmobiliteit. Ook living labs zijn hier een mooi voorbeeld van. 

Door burgers vanaf het begin bij planvorming te betrekken, of initiatieven van burgers te faciliteren en ondersteunen, kan een groter draagvlak en een gevoel van mede-eigenaarschap worden gecreëerd. Eigenaarschap en gedeelde verantwoordelijkheid kunnen de persoonlijke betrokkenheid vergroten [2], waardoor mensen mogelijk meer geneigd zijn om betrokken te willen blijven bij het project. Ook vergroot het de kans dat ze bijvoorbeeld een rol willen spelen in het onderhoud en beheer van openbare ruimte. 

Voorbeeld 1: beheer en onderhoud van openbare ruimte 

Het beheer en onderhoud van de openbare ruimte zoals straten, voetpaden, fietsroutes, pleinen en parken, is een taak van de gemeente. Maar volgens Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) “krijgen gemeenten als grondeigenaar ook steeds meer te maken met wensen van burgers om hun leefomgeving zelf vorm te geven.” Gemeenten willen tegemoet komen aan de wens van burgerparticipatie en dat lukt al aardig in het beheer van de openbare ruimte [3]. Ook IVN Natuureducatie ziet dat bewoners steeds vaker een rol spelen bij het beheer van de openbare ruimte [4].

In de wijk Hoekwierde in Almere is het beheer en onderhoud van de openbare ruimte volledig in handen van de bewoners. Sinds de start van een experiment in 2010 vormen zij de Stichting Zelfbeheer Hoekwierde en omstreken. De gemeente stelt jaarlijks geld beschikbaar voor het onderhoud en beheer [5]. De stichting heeft verschillende beheergroepen, zoals het groenbeheer, een maaiploeg en een bouwteam.

Ook in Maastricht wordt een deel van de openbare ruimte onderhouden door bewoners. In 2011 startte de ondertunneling van de snelweg A2, die dwars door de oostelijke stadswijken liep. De ruimte op de tunnel werd ingericht als groene ruimte, de Groene Loper. Voor een deel van dit gebied nodigde de gemeente omwonenden (klankbordgroep) uit om mee te denken over de inrichting hiervan. De ideeën uit de buurt pasten alleen niet volledig binnen het budget van de gemeente. De klankbordgroep richtte daarom de Stichting Vrijheidspark Maastricht op. Hierdoor konden de benodigde middelen geworven worden. Ook werd de buurtbetrokkenheid vergroot. Er zijn inmiddels verschillende plannen uit de buurt uitgevoerd, zoals een ‘Mosasaurus’ speelobject, een waterelement waar kinderen mee kunnen spelen, een beweegtuin en een paviljoen. Vrijwilligers onderhouden een deel van het park en werken mee aan het schoonhouden en veilig houden van het park [6, 7]

Plogging

Plogging is het al hardlopend zwerfafval rapen. Het woord is een combinatie van jogging en plocka (Zweeds voor ‘iets pakken’). Vanwege toenemende bezorgdheid over plasticvervuiling, startte dit in 2016 in Zweden en verspreidde het sindsdien naar andere landen. Er zijn gemeenten, zoals Arnhem, die dit zwerfvuil opruimen door burgers ondersteunen. Ze stellen bijvoorbeeld een afvalgrijper, een afvalring en/of een ‘Arnhemschoon’-hesje beschikbaar. Ook zijn er sportevenementen die plogging stimuleren. Zo organiseert de Eindhoven Marathon een dag voor de marathon een speciale Renewi Plogging Run om het parcours schoon te maken.

Voorbeeld 2: beheer en onderhoud van sportparken en -velden

De exploitatie van sportaccommodaties is meestal in handen van een gemeente [8]. Maar het kan ook anders. In Sittard nam het Wijkplatform Vrangendael het initiatief om een ongebruikt voetbalveld in de wijk te veranderen naar een park om te bewegen, ontmoeten, sporten en spelen: het BOSSpark. Het wijkplatform overtuigde samen met het Oranje Fonds de gemeente (eigenaar van het terrein). Eind 2011 startte het project. Bij het ontwerp van het terrein zijn andere organisaties en mensen uit de buurt betrokken. Voor de uitvoering is een bouwteam gevormd. Deze bestond uit de kerngroep van het BOSSpark, de gemeente, Sportstichting Sittard-Geleen en Oranjewoud N.V.. Vanaf het moment dat het terrein ingericht werd en mensen zagen dat er daadwerkelijk ‘iets gebeurde’, werd het draagvlak in de buurt groter en groeide het aantal vrijwilligers. 

Bron: NIJHA

Het sportpark wordt gebruikt door bewoners van de wijk en door maatschappelijke organisaties [9, 10]. Het park bestaat onder andere uit een multifunctioneel (sport)veld, een sprintbaan, een Cruijff Court, een Marc Lammers Plaza, een calisthenics park en speeltoestellen (zie afbeelding). Ook is er een een wijkgebouw waar verschillende activiteiten voor verschillende leeftijden georganiseerd worden [11]. Uit gesprek met een bestuurslid van het BOSSpark blijkt dat het park goed gebruikt wordt door de buurt, maar het is voor het bestuur lastig om vrijwilligers te krijgen. Hierover is het bestuur nu in gesprek met de gemeente. Ook worden er mogelijke samenwerkingen met maatschappelijke organisaties verkend.

In Grootegast in Groningen wilde de plaatselijke voetbalvereniging een nieuw kunstgrasveld. De gemeente wilde hierover meedenken, maar eisten dat het beheer via een stichting geregeld werd. Deze stichting, die draait op vrijwilligers, beheert het hele sportpark (drie grasvelden en een kunstgrasveld). Deze wordt verhuurd aan twee voetbalverenigingen, een basis- en middelbare school en een voetbalacademie. Voor onderhoud van het park is een samenwerking aangegaan met een lokale organisatie voor gehandicaptenzorg. De cliënten voeren onderhoudswerkzaamheden uit als dagbesteding [12, 13].

Voorbeeld 3: Beheer en onderhoud van speeltuinen en -plekken

In de gemeenten Ommen en Geldermalsen is sinds eind vorige eeuw het beheer en onderhoud van speelplekken overgedragen aan de bewoners van de buurt. Dit had onder andere betrekking op de speeltoestellen en de ondergrond. De gemeente bleef verantwoordelijk voor het grootschaliger groenonderhoud, afvalbakken, banken, etcetera [14]. Maar er zijn ook voorbeelden van gemeenten waar de verantwoordelijkheid van bewoners een stuk verder gaat.

Neem gemeente Groningen. Hier worden verschillende speeltuinen beheerd door buurt- en speeltuinverenigingen die vallen onder de Speeltuincentrale Groningen. Deze verenigingen worden gerund door vrijwilligers uit de buurt. Het verschil tussen een ‘gewone’ speeltuin en een speeltuin in beheer van een speeltuinvereniging, is dat de laatste afgesloten kan worden, (vaak) geschikt zijn voor kinderen met een beperking en er activiteiten georganiseerd worden. Het beheer en onderhoud van de speeltuinen wordt deels gedaan door professioneel beheerders. Zij zijn in dienst bij WerkPro of Stichting Gemeenschappelijk Stedelijk Beheer. Mensen uit de buurt kunnen zich wel aanmelden om te helpen bij beheertaken, tuinonderhoud of ondersteuning van het activiteitenaanbod. 

Er zijn ook speeltuinen waar het beheer en onderhoud volledig in handen is van vrijwilligers, zoals natuurspeeltuin ‘Het Eiland’ in Gouda. Zij zijn verantwoordelijk voor het afsluiten en openen, schoonhouden en onderhouden van het terrein. In het jaarverslag 2020 is te lezen dat er een beheerplan voor de komende vijf tot tien jaar is opgesteld waarin afspraken tussen de gemeente en de stichting zijn gemaakt. In Deventer wordt speeltuin De Zandweerd volledig beheerd en onderhouden door vrijwilligers uit de buurt. Zo is er een prikploeg en een groenploeg.

Beheer terug naar gemeente

De gemeente Tytsjerksteradiel droeg het beheer, onderhoud en vervanging van de speeltoestellen en speelplekken lange tijd over aan de buurtbewoners, vastgelegd in een overeenkomst. De buurtbewoners, verenigd in een buurtcommissie, kregen jaarlijks vanuit de gemeente een onderhoudsbijdrage en een vervangingsbudget. De gemeente keurde jaarlijks de speeltoestellen, waarna de buurtcommissie verplicht was eventuele gebreken te herstellen [15].

In juli 2021 stemde de gemeenteraad in met de notitie ‘overgangsbeleid speelterreinen’, en neemt daarmee het beheer van speelterreinen weer meer in eigen hand [16]. “Door het beheer van speelterreinen weer meer in eigen hand te nemen kunnen we veiligheid en aansprakelijkheid beter borgen, en daarmee beter voldoen aan de gestelde eisen vanuit het Warenwetbesluit Attractie- en Speeltoestellen.” (Notitie overgangsbeleid beheer speelterreinen, p. 12).

Voorbeeld 4: Beheer en onderhoud van wandel-, hardloop- en mountainbikeroutes 

Nederland heeft een groot netwerk van bewegwijzerde routes voor recreatieve doeleinden, zoals wandelen, hardlopen en fietsen. Beheer en onderhoud van deze routes is vaak in handen van de landschapseigenaar, bijvoorbeeld gemeenten of natuurorganisaties, zoals Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer of provinciale landschapsorganisaties [17, 18]. Ook bestaan er (regionale) samenwerkingen tussen gemeenten, terreinbeherende organisaties en het lokale bedrijfsleven. Een voorbeeld is het Routebureau Veluwe, dat routes en routenetwerken voor recreatief fietsen, mountainbiken, wandelen en paardrijden ontwikkelt en beheert. Lees meer in het artikel Gemeenten op de Veluwe werken regionaal samen in sport- en beweegroutes. Het Routebureau zorgt ook voor promotie van deze routes en netwerken. Het beheer en onderhoud wordt samen met vrijwilligers en lokale organisaties uitgevoerd [19]

Er zijn ook wandel- en fietsroutes die beheerd en onderhouden worden door burgers. Een voorbeeld zijn de kerkenpaden in het Achterhoekse dorp Zieuwent. Stichting Kerkepaden Zieuwent zet zich sinds 1994 in voor het verhogen van de verkeersveiligheid voor fietsers en voetgangers en voor uitbreiding van landschappelijke waarden in de omgeving. Dit doen zij door nieuwe fiets- en wandelpaden aan te leggen en te onderhouden. Ook leggen ze nieuwe landschapselementen of natuurgebieden aan langs de routes. Het netwerk van paden is opgedeeld in verschillende gebieden, die ieder door een vaste ploeg van vrijwilligers uit het dorp onderhouden wordt [20].

Wandelpaden of -routes worden ook gebruikt door hardlopers. Beide groepen kunnen ook hinder van elkaar ondervinden, door bijvoorbeeld het verschil in snelheid en verschillen in hun route-voorkeuren. Maar, in verhouding tot bewegwijzerde wandelroutes [17], zijn er weinig bewegwijzerde hardlooproutes in Nederland [18]. Twee actieve hardlopers van de Loopgroep Gramsbergen namen het initiatief om bewegwijzerde hardlooproutes te realiseren in hun dorp. Na overleg met hun loopgroep en de gemeente en het verkrijgen van een subsidie, zijn er drie routes bedacht en gemaakt met een start- en finishbord en routebordjes. De loopgroep is verantwoordelijk voor onderhoud van de routemarkeringen [21].

Om onderlinge irritaties tussen verschillende gebruikers in een gebied te vermijden, worden er naast bijvoorbeeld wandelpaden ook speciale mountainbike routes aangelegd. Nieuwe mountainbikeroutes kunnen alleen ontstaan met toestemming van de landschapseigenaar. Die is verantwoordelijk voor eventuele ongevallen. Dus goed beheer en onderhoud is ook hier vereist. Dit wordt in Sleen (Drenthe) gedaan door een groepje enthousiaste vrijwilligers van de lokale mountainbikevereniging De Bushbikers. Zij organiseren vanuit een speciale routecommissie vier keer per jaar een onderhoudsdag waarin ze verschillende werkzaamheden uitvoeren. Denk aan het opvullen van gaten, vrijmaken van paden, overhangende takken verwijderen, etcetera. 

Conclusie

Een landschapseigenaar is verantwoordelijk voor het gebied, dus ook voor beheer en onderhoud. Maar, ook burgers kunnen een deel van het onderhoud voor hun rekening nemen. Bijvoorbeeld om gemeentelijke kosten te drukken als voorzieningen dreigen te verdwijnen. Of als burgers nieuwe voorzieningen wensen, maar dit voor de gemeente financieel onhaalbaar wordt. Deze voorbeelden laten zien dat bewoners op verschillende manieren een rol kunnen spelen in het beheer en onderhoud van elementen van een beweegvriendelijke omgeving. Een voorwaarde is wel dat er voldoende draagvlak is onder de buurtbewoners. Ook is een (kleine) groep van enthousiaste vrijwilligers nodig. De meeste voorbeelden startten vanuit een paar vrijwilligers en groeiden langzaam in populariteit en aantal vrijwilligers. Faciliteer en ondersteun, als gemeente, bewoners zoveel mogelijk. Geef bewoners ook ruimte voor niet-onderhouds gerelateerde zaken, zoals het organiseren van activiteiten in de buurt. Dit zal uiteindelijk zorgen voor meer bekendheid, meer draagvlak, meer vrijwilligers en uiteindelijk meer commitment van de buurt voor het zelf beheren en onderhouden van hun buurt. 

Meer lezen?

Bronnen

  1. Houwelingen P van, Boele A, & Dekker P. Burgermacht op eigen kracht? Een brede verkenning van ontwikkelingen in burgerparticipatie. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau; 2014.
  2. Movisie. Samenwerking en burgerparticipatie beproefd: Deelonderzoek uitvoering proeftuinen van het programma Kwaliteit van de Samenleving. 2017. 
  3. Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Vrijwilligerswerkbeleid leeft, maar wat kan er beter? Geraadpleegd van: https://vng.nl/nieuws/vrijwilligerswerkbeleid-leeft-maar-wat-kan-er-beter. [Op 10 december 2021]. 
  4. IVN Natuureducatie. Buurtprojecten in de openbare ruimte. [Internet]. Geraadpleegd van: https://www.ivn.nl/groen-dichterbij/buurtprojecten-in-de-openbare-ruimte. [Op 25 november 2021]. 
  5. Oldenkotte G. Durf los te laten bij burgerparticipatie. Stad + Groen; 2018.
  6. Stichting Vrijheidspark Maastricht. De Stichting. [Internet]. Geraadpleegd van: https://www.vrijheidsparkmaastricht.nl/stichting-vrijheidspark. [Op 25 november 2021]. 
  7. Gemeente Maastricht. Bestemmingsplan Paviljoen Vrijheidspark. [Internet]. Geraadpleegd van: https://www.ruimtelijkeplannen.nl/documents/NL.IMRO.0935.bpPavVrijheidspark-vg01/r_NL.IMRO.0935.bpPavVrijheidspark-vg01.html. [Op 25 november 2021]. 
  8. Hoekman R, Floor C, & Stam W van. Exploitatie van sportaccommodaties – een verkennende studie. Utrecht: Mulier Instituut; 2019.
  9. Dorpenacademie. Het BOSS park – Een ongebruikt voetbalveld wordt een sportief centrum voor de buurt. [Internet]. Geraadpleegd van: https://dorpenacademie.nl/initiatief/het-boss-park/. [Op 25 november 2021].
  10. Oomkes M. Het BOSS park – Rapportage van de evaluatie. 2013.
  11. BOSS park. Homepagina. [Internet]. Geraadpleegd van: https://bosspark.nl/. [Op 25 november 2021]. 
  12. De Streekkrant (gemeente Westerkwartier, Buitenpost, Surhuisterveen). Stichting Beheer Sportpark De Leegens gaat toekomst onbevreesd tegemoet. 2013. 
  13. Gemeente Westerkwartier. Vastgoedbeleidsplan ‘steengoed Westerkwartier’ november 2019.
  14. Rienstra, R. Burgerparticipatie bij beheer en onderhoud van speelplekken in de openbare ruimte. [Afstudeeropdracht]. Delft: Branchevereniging Spelen en Bewegen; 2016. 
  15. Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Burgerinitiatieven in de openbare ruimte. Geraadpleegd van: https://vng.nl/artikelen/burgerinitiatieven-in-de-openbare-ruimte. [Op 10 december 2021].
  16. Gemeente Tytsjerksteradiel. Raadsvergadering donderdag 1 juli 2021. Geraadpleegd van: https://tytsjerksteradiel.bestuurlijkeinformatie.nl/Agenda/Index/08fe3a41-8f64-48eb-84e7-93b8bff01d98. [Op 10 december 2021].
  17. Wandel.nl. Welke wandelroutes zijn er in Nederland? [Internet]. Geraadpleegd van: https://www.wandel.nl/wandelroutes/bewegwijzering/welke-wandelroutes-zijn-er-in-nederland-.htm. [Op 30 november 2021].
  18.  Natuurmonumenten. De natuur in: hardlopen en trailrunning. [Internet]. Geraadpleegd van: https://www.natuurmonumenten.nl/hardlopen. [Op 30 november 2021].
  19.  Routebureau Veluwe. Homepagina. [Internet]. Geraadpleegd van: https://routebureauveluwe.nl/. [Op 30 november 2021].
  20.  Stichting Kerkepaden Zieuwent. Doelstelling & beleidsplan. [Internet]. Geraadpleegd van: https://www.kerkepadenzieuwent.nl/de-stichting/doelstelling-beleidsplan/. [Op 30 november 2021].
  21. Krijger M de. Gramsbergen heeft drie bewegwijzerde routes als uithangbord van de hardloopgroep. [Internet]. Geraadpleegd van: https://www.destentor.nl/vechtdal/gramsbergen-heeft-drie-bewegwijzerde-routes-als-uithangbord-van-de-hardloopgroep~a41dba50/. [Op 25 november 2021]. 

Artikelen uitgelicht


Beweegstimulering
public, professional
praktijkvoorbeeld
beweegvriendelijke omgeving