
De accommodatie van VV Wernhout, bestaande uit vijf kleedkamers, een kantine en een bestuurskamer, stamt uit de jaren zeventig. Zoals bij zoveel gebouwen uit die tijd, waren vele kubieke meters gas nodig om de ruimtes te verwarmen en om warm water uit de douches te laten komen. Reden voor de gemeente Zundert – eigenaar van de accommodatie – om bij de vereniging aan te kloppen met een voorstel tot verduurzaming. Het voorstel betrof het van het gas halen van de accommodatie en de installatie van een nieuw energiesysteem met zonnecollectoren, een warmtepomp en een warmtebuffer.
Warmtebuffer
Voor de warmtebuffer is gebruikgemaakt van een systeem van HoCoSto (afkorting van Hot Cold Storage). De warmtebuffer bestaat uit een ondergrondse ‘bak’ met water. In dit water, dat continu in de bak blijft, kan warmte worden opgeslagen afkomstig van duurzame bronnen zoals zonnecollectoren, restwarmte of zonnepanelen. Warmtewisselaars zorgen voor de uitwisseling van de warmte tussen warmtebuffer en gebouw. Door de bak goed te
isoleren kan de warmte – tot 90°C – zes maanden worden vastgehouden. Deze lange opslagperiode maakt het mogelijk om in de zomer overtollige warmte van bijvoorbeeld zonnecollectoren op te slaan en pas te gebruiken in de daaropvolgende winter voor de verwarming van de accommodatie.
Sportvereniging als testlocatie
Voordat HoCoSto voor VV Wernhout aan de slag ging, had het bedrijf de warmtebuffer en het bijbehorende energiesysteem toegepast bij woonhuizen. Nadat dat succesvol bleek, wilde het bedrijf het systeem graag opschalen. Er werd een testlocatie gezocht op de schaalgrootte van een sportvereniging.
De uitdaging bij een test lag onder meer in het berekenen van de benodigde capaciteit van de warmtebuffer. “Sportaccommodaties hebben een ingewikkelder warmtevraag dan woonhuizen”, stelt HoCoSto-oprichter Gerda Geerts. “Dat komt door de piekmomenten. Als sporters op trainingsavonden en wedstrijddagen gaan douchen bijvoorbeeld, ontstaat een piekvraag. Daar moet het systeem flexibel op kunnen reageren.”
Pilot
Via gemeente Zundert kwam HoCoSto bij VV Wernhout uit. Vanwege het innovatieve karakter kreeg het project de vorm van een pilot. “We wisten eerlijk gezegd niet wat er op ons zou afkomen”, blikt Jan Hereijgers, destijds voorzitter van VV Wernhout, terug.
“We wisten alleen dat onze accommodatie en de gymzaal van het gas zouden afgaan en daarmee in totaal 16.000 kubieke meter gas per jaar kon worden bespaard. Anderzijds werd van onze vereniging een fikse investering verwacht. Het bestuur heeft hiervoor toestemming gevraagd aan de leden. Daarbij hebben we als uitgangspunt gesteld dat we niet meer geld kwijt wilden zijn aan aflossing, dan op dat moment aan gas en stroom.”
Investering
Het gehele systeem kostte 502.000 euro. De club investeerde zelf 320.000 euro. Dit bedrag werd geleend van de Bank Nederlandse Gemeenten tegen een rentepercentage van 1,95%. Daarnaast werden subsidies aangevraagd en verkregen. “Via de subsidieregeling BOSA hebben we 134.000 euro voor dit project ontvangen”, vertelt Hereijgers.
“Voor de aanschaf van een warmtepomp kregen we 8.800 euro uit de pot van ISDE, de Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing. Omdat HoCoSto onze accommodatie als testlocatie gebruikte, bracht dit bedrijf 60.000 euro in. Door de naastgelegen gymzaal mee te nemen in het systeem kan onze club warmte leveren aan die accommodatie. Dit maakt de investering niet alleen rendabeler, wij krijgen ook een vergoeding van de gemeente voor de geleverde energie.”
Welke subsidies kun jij aanvragen?
Als je gaat investeren in verduurzaming van een sportaccommodatie, kun je gebruikmaken van verschillende subsidies. Zo zijn er subsidies beschikbaar voor ledverlichting, zonnepanelen, isolatie en warmtepompen. De subsidiewijzer van Kenniscentrum Sport & Bewegen geeft inzicht in de landelijke subsidies op het gebied van duurzaamheid.
Contracten
De Stichting Waarborgfonds Sport onderzocht of de pilot financieel haalbaar was. Dat bleek zo te zijn. Hereijgers: “De stichting staat nu voor 50% garant voor de lening, die we in 15 jaar tijd moeten aflossen. De gemeente staat garant voor de andere helft.”
De benodigde contracten met HoCoSto en de gemeente stelde de voetbalclub zelf op. “Dat was veel werk. Gelukkig hebben we twee leden met bouwkundige kennis in huis. Zij hebben ervaring met soortgelijke projecten en hoe je contractueel een en ander moet vastleggen. Hun inbreng is van veel waarde geweest. Als we hiervoor een externe deskundige hadden moeten inhuren, waren we zo anderhalve ton extra kwijt geweest. Daardoor zou het project financieel niet haalbaar zijn geworden.”
In een contract met de gemeente werd afgesproken dat de vereniging de komende 15 jaar de lasten van het energiesysteem zal dragen. Daarna wordt de gemeente eigenaar van het systeem en komen de lasten voor haar rekening.
Aanpassingen aan het gebouw
Voor de ondergronds aan te leggen warmtebuffer werd een groot gat gegraven achter de gymzaal. Dit gat werd voorzien van een draagconstructie, isolatie en diverse niet-waterdoorlatende kunststoflagen. De platte bovenkant werd afgedicht met isolatie en grond. “Het mooie van de warmtebuffer is dat de grond erboven kan worden benut”, stelt Hereijgers. “Wij hebben er een voetbalkooi op geplaatst.”
Ook in het gebouw zelf werden meerdere aanpassingen gedaan. Om de verbinding tussen warmtebronnen, warmtebuffer en het distributiesysteem mogelijk te maken, moesten diverse leidingen en buizen worden aangelegd en radiatoren worden vervangen. Om kosten te besparen voerde de vereniging een groot deel van deze werkzaamheden zelf uit.
Slimme maatregelen
Inmiddels is het systeem twee jaar in gebruik. De zonnecollectoren wekken jaarlijks gemiddeld 180.000 kWh aan warmte op; de zonnepanelen ongeveer 41.000 kWh. Het elektrisch gebruik van de warmte-installatie (inclusief de warmtepomp) wordt afgedekt met de zonnepanelen. In de zomer leveren de zonnecollectoren rechtstreeks warmte aan de douches en zorgen zij ervoor dat het water in de warmtebuffer wordt opgewarmd. In de winter wordt de warmte uit de warmtebuffer gehaald.
“Met de energiemanagementsoftware, die HoCoSto heeft geïnstalleerd, kunnen we elke ruimte apart verwarmen”, vertelt Hereijgers. “Staat een deur langer dan vijf minuten open, dan schakelt de software de verwarming in die ruimte automatisch uit. Ook de verlichting wordt automatisch uitgeschakeld als een ruimte voor langere tijd niet wordt gebruikt. Met dit soort slimme maatregelen hebben we een forse energiebesparing kunnen realiseren. Anderzijds verbruiken we meer stroom voor de warmtepomp en enkele andere zaken. Maar dankzij de opbrengst van de zonnepanelen hadden we de afgelopen twee jaar nul op de meter.”
Financiële tegenvaller
Naast dit positieve resultaat is er ook een financiële tegenvaller. “Bij de oorspronkelijke financiële berekeningen gingen we uit van een bijdrage uit de exploitatiesubsidie SDE++. Deze subsidie dekt het verschil tussen de kostprijs van duurzame energieproductie en de marktprijs van conventionele energie. Het is geen vaste vergoeding maar een basisbedrag per kWh, dat per jaar kan variëren. Wij gingen uit van een jaarlijkse bijdrage van ongeveer 10.000 euro gedurende 15 jaar. Nu de prijzen van conventionele energie zo hoog zijn, is die bijdrage vrijwel nul. Ik verwacht niet dat we hierdoor in financiële problemen zullen komen. Maar het betekent wel dat de terugverdientijd langer wordt.”
Advies van de club
Raadt Hereijgers andere verenigingen aan een warmtebuffer te nemen? “Bij de bouw van een nieuwe accommodatie lijkt mij het warmtebuffersysteem een prima optie. Het integreren van het systeem in een bestaande accommodatie heeft wat meer voeten in de aarde. Wij moesten veel aanpassingen doen aan ons gebouw. Daarbij was het schipperen met de ruimte. De technische ruimte hebben we geïntegreerd in ons ballen- en materialenhok. Achteraf bleek dit hok hiervoor te klein. Het zou beter zijn geweest voor de techniek een aparte ruimte te maken. Tot slot moet je rekening houden met hogere kosten voor groot onderhoud. Het vervangen van de zonnecollectoren bijvoorbeeld is niet goedkoop.”
Alles afwegende is Hereijgers positief over het nieuwe systeem. “Wij kunnen altijd met warm water douchen en onze ruimtes verwarmen, ook tijdens koude winters. Andere sportverenigingen hebben afgelopen winters de douches afgesloten, omdat ze de gasrekening niet meer konden betalen.”
Toekomstige ontwikkelingen
De warmtebuffer van VV Wernhout is gericht op seizoensopslag; een warmtebuffer kan ook worden ingezet als piek- of dagbuffer. Geerts licht toe: “Op zonnige en winderige dagen wekken zonnepanelen en windmolens veel meer groene stroom op dan op dat moment nodig is. Als er meer aanbod is dan vraag, kunnen energieproducenten de energie niet kwijt en zakt de stroomprijs. Deze prijs kan zelfs negatief worden: je wordt dan betaald voor de energie die je verbruikt. Tijdens deze uren kan de goedkope stroom met behulp van bijvoorbeeld een warmtepomp worden omgezet in warmte. Deze warmte kun je opslaan in de warmtebuffer en gebruiken op het moment dat de stroom weer schaars en duur is.”
Het fenomeen van de negatieve stroomprijs komt de laatste jaren steeds vaker voor. Dit komt mede door de continue uitbreiding van het aantal windmolens en zonnestroominstallaties en door de toename van het aantal zonuren in een jaar. Naar verwachting zal het aantal uren waarbij de stroomprijs negatief is, blijven stijgen. “Nu het afsluiten van flexibele energiecontracten met energieleveranciers weer mogelijk is, passen wij het concept van de piek- of dagbuffer steeds vaker toe”, zegt Geerts. “Met dit concept kan een interessante businesscase ontstaan.”