Alles over sport logo

Tien tips voor meer plezier in de gymles op de basisschool

Bewegingsonderwijs heeft als doel kinderen te stimuleren een leven lang met plezier te bewegen. Daarvoor is het van belang dat kinderen plezier in de gymles ervaren. Wat draagt daaraan bij? En hoe kan een leerkracht daarvoor zorgen? In dit artikel lees je hoe een leerkracht invloed kan hebben op het plezier van basisschoolleerlingen in de gymles.

Kinderen in de basisschoolleeftijd zitten steeds meer en bewegen steeds minder vaak matig tot zwaar intensief op een dag naarmate zij ouder worden[1,2]. Plezier beleven aan beweeg- en sportactiviteiten heeft invloed op de vorming van een gezond beweegpatroon[3]. Dat wil zeggen: beperken van langdurig zitten en zorgen voor voldoende matig tot zwaar intensief bewegen op een dag.

Voor het bevorderen van een actieve leefstijl is het belangrijk om kinderen in verschillende contexten (thuis, in de buurt, binnen verenigingen) kansen te bieden om plezierige beweegervaringen op te doen. School – meer specifiek: de gymles op school – is een belangrijke omgeving, omdat kinderen daar een groot deel van de week doorbrengen. Inzicht in de manier waarop het handelen van de leerkracht in de gymles invloed heeft op het gymplezier van kinderen, kan leerkrachten helpen bij het verzorgen van plezierige gymlessen voor ieder kind.

Toolkit Schoolpleinen

Wil je aan de slag met beweegstimulering op jouw schoolplein? Maak gebruik van de Toolkit Schoolpleinen. Gebruik het kijkkader uit de toolkit om inzicht te krijgen in de huidige situatie van het beweeggedrag van kinderen op het schoolplein. Verdiep je in hoe actief kinderen zijn, welke elementen er aanwezig zijn en wissel resultaten uit met collega’s. Vervolgens kun je de tips van de tipsheet gebruiken om het beweeggedrag van kinderen te stimuleren.

Het lectoraat Move to Be van Fontys Sport en Bewegen deed onderzoek naar factoren die zorgen voor plezier bij kinderen in de gymles en die door de leerkracht te beïnvloeden zijn[4]. De factoren uit dit onderzoek kwamen grotendeels overeen met aspecten uit onder andere motivatietheorieën zoals de ‘self-determination theory’[5] en de ‘achievement goal theory’[6]. Volgens deze theorieën kan de leerkracht de intrinsieke motivatie van kinderen voor de gymles en het gymplezier bevorderen door in te spelen op hun behoeften aan autonomie (een gevoel van zelf mogen beslissen en handelen), competentie (een gevoel van bekwaam zijn) en betrokkenheid (een gevoel van steun en waardering)[7].

De taken in de les, de mate waarin de leerkracht kinderen meeneemt in een besluit en individuele vooruitgang erkent, de manier waarop groepen worden gevormd en er wordt geëvalueerd en de mate waarin sprake is van een actieve leertijd spelen hierbij een rol[8]. In het onderzoek van het lectoraat Move to Be werden vakleerkrachten en kinderen gevraagd naar wat in de gymles bijdraagt aan plezier. De belangrijkste aspecten hebben we gevangen in tien tips.

1. Bied kansen tot verkennend leren

De leerkracht kan verkennend leren vormgeven door kinderen zelf, alleen en/of met andere kinderen, te laten werken in een beweegsituatie naar keuze of ze vrij te laten om een beweegactiviteit zelf op te starten, uit te voeren, aan te passen of te bedenken. Kinderen vinden het leuk als zij zelf mogen bepalen wat ze gaan doen, met wie, met welke materialen en onder welke omstandigheden (bijvoorbeeld met welke regels en afspraken). Uiteraard moet het verkennend leren door de leerkracht zorgvuldig worden opgebouwd, begeleid en ondersteund.

2. Bied passende, uitdagende en gevarieerde beweegactiviteiten

Verschillende uitdagende beweegactiviteiten, passend bij ieders eigen niveau, zorgen voor plezier. Dit betekent dat de leerkracht moet zorgen voor een gevarieerd, gedifferentieerd beweegaanbod. Differentiatie kan worden toegepast in bijvoorbeeld het gebruik van materiaal, de opdracht en de omstandigheid (bijvoorbeeld in regels, veldgrootte, aantal goals). Ook zorgt aanbod van onbekende beweegactiviteiten en het op een innovatieve manier gebruiken van (nieuw) materiaal voor plezier.

3. Zorg voor een warme, open en positieve communicatiestijl 

Positieve interacties tussen leerkracht en kinderen zijn van invloed op de plezierbeleving van kinderen. Kinderen waarderen het als de leerkracht interesse en openheid toont, enthousiast en positief is en zorg heeft voor iedere leerling. Dit kan de leerkracht bijvoorbeeld doen door in situaties aanwezigheid te tonen, een persoonlijke aanmoediging of compliment te geven, te laten weten dat ieder kind wordt gezien, te vragen naar en in te spelen op de wensen en behoeften van kinderen.

4. Zorg voor duidelijke instructies 

Een duidelijke, korte verbale en visuele instructie zorgt ervoor dat kinderen met een vertrouwd gevoel aan een activiteit kunnen beginnen. Het geven van informatie over ‘wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe’ moet doen, biedt een zekere mate van structuur en dat is voor kinderen prettig. Een voorbeeld van de leerkracht, alleen of samen met leerlingen, helpt kinderen om te begrijpen wat de bedoeling is.

5. Maak verwachtingen en afspraken duidelijk en zorg dat ze worden nageleefd

Kinderen vinden het fijn als iedereen in de gymles actief deelneemt en zich houdt aan de gedragsregels en gemaakte afspraken. Een leerkracht moet daarom niet alleen duidelijk maken wat van kinderen wordt verwacht, maar moet ook in de gaten houden of gedragsregels en afspraken worden nageleefd. Het direct, consequent en eerlijk handelen van de leerkracht bij ongewenst gedrag van leerlingen is belangrijk, omdat dit problemen minimaliseert en ten goede komt aan een positief leerklimaat en plezierbeleving van kinderen.

6. Zorg voor maximale leer- en beweegtijd

Kinderen willen zo veel mogelijk beweegtijd hebben in de gymles. Diverse mogelijkheden kunnen de beweegtijd optimaal houden. Denk bijvoorbeeld aan het werken met nevenactiviteiten die kinderen kunnen doen als zij bijvoorbeeld in een tikspel getikt zijn of moeten wachten, het werken op meerdere beweegsituaties, het aanpassen van spelregels en het toepassen van betekenisvolle, korte instructie.

7. Groepeer leerlingen bewust 

De manier waarop de leerkracht de kinderen in de les indeelt, is van invloed op het gymplezier van kinderen. Kinderen vinden het fijn als de leerkracht kiest voor een groeperingsvorm die past bij het doel van de beweegactiviteit of les. Ook wordt het toepassen van variatie in groeperingsstrategieën, zoals variatie in groepsgrootte en in samenstelling (homogene of heterogene groepen bijvoorbeeld qua motorische vaardigheid of sportinteresse) gewaardeerd. Het is belangrijk dat leerlingen met zorg worden ingedeeld – zij moeten zich op hun gemak en geaccepteerd voelen in de gevormde groep.

8. Benadruk het individuele leerproces

Kinderen vinden het plezierig als zij individuele hulp, feedback, tips en adviezen krijgen in beweegsituaties. Een nadruk op en ondersteuning van het individuele leerproces vergroot de kans dat kinderen zichzelf ontwikkelen. Het werkt motiverend als de leerkracht kinderen aanmoedigt om te blijven proberen en oefenen en complimenteert als zij hun best doen.

9. Moedig kinderen aan om samen te werken en van en met elkaar te leren

De sociale component is voor de plezierbeleving van kinderen bij de gymles erg belangrijk. Kinderen hebben behoefte aan sociale relaties tijdens de gymles – zij willen graag samen fysiek actief zijn, van en met elkaar leren en zich gerespecteerd en betrokken voelen. De leerkracht kan het samen fysiek actief zijn, samen leren en werken bijvoorbeeld bevorderen door keuzes van de activiteit, regels gericht op samenspel of samenwerken toe te voegen of door te werken in groepen waarin kinderen elkaar moeten helpen. Coöperatief leren en leren rekening te houden met elkaars kwaliteiten en uitdagingen moet zorgvuldig worden opgebouwd.

10. Vergelijk prestaties tussen kinderen zo min mogelijk

Kinderen willen leren en leren van hun fouten, zonder dat zij druk ervaren om te moeten presteren. Leerkrachtgedragingen zoals het aanmoedigen van rivaliteit binnen en/of tussen teams, het vergelijken van de prestaties van kinderen en het stimuleren van kinderen om beter te presteren dan de ander, zouden beperkt moeten worden. Competitieve spelen zijn leuk voor kinderen om te doen, maar wel als de nadruk ligt op samen leren spelen en werken in plaats van op winnen.

Hoe nu verder?

De informatie en tips over hoe de leerkracht kan bijdragen aan het gymplezier van kinderen zijn ook nuttig voor en toepasbaar door bijvoorbeeld trainers, coaches, pedagogische medewerkers of beweegspecialisten in andere contexten. Met plezier bewegen in een bepaalde context is voorspellend voor de intentie om en het werkelijk deelnemen aan beweegactiviteiten in andere contexten[9-11]. Reden te meer om in elke mogelijke beweegcontext weet te hebben van plezier bevorderende aspecten en deze aspecten te gebruiken. Onderzoek naar plezier in de gymles wordt nu landelijk door lectoraten op hogescholen met een academie voor lichamelijke opvoeding opgepakt, onder andere met het project Met een glimlach de gymles uit.

Ieder kind is uniek en dit betekent dat wat plezier geeft voor de een, niet per se ook plezier geeft voor de ander. De leerkracht moet kijken en luisteren naar de behoeften van kinderen binnen een groep en in de totale groep en op zoek gaan naar manieren om op maat in te spelen op deze behoeften, zodat de kans op plezierbeleving aan de gymles voor ieder kind vergroot wordt. Het verzorgen van een optimaal plezierige beleving voor iedere leerling is zeer uitdagend en leerkrachten moeten in de toekomst uitgerust worden met meer ondersteuningsmogelijkheden om aan deze complexe uitdaging tegemoet te komen.

Bronnen

  1. Schwarzfischer, P., et al., Physical Activity and Sedentary Behavior From 6 to 11 Years. Pediatrics, 2019. 143(1).
  2. Adank, A.M., et al., Longitudinal Perspectives on Children’s Physical Activity Patterns: “Do Physical Education–Related Factors Matter?”. Journal of Physical Activity and Health, 2021. 18(10): p. 1199-1206.
  3. Eberline, A.D., et al., Relationship of Enjoyment, Perceived Competence, and Cardiorespiratory Fitness to Physical Activity Levels of Elementary School Children. 2018, 2018. 75(3).
  4. Adank, A.M., et al., That’s what I like! Fostering enjoyment in primary physical education. European Physical Education Review, 2023: p. 1356336X231205686.
  5. Deci, E.L. and R.M. Ryan, The “What” and “Why” of Goal Pursuits: Human Needs and the Self-Determination of Behavior. Psychological Inquiry, 2000. 11(4): p. 227-268.
  6. Ames, C. and J. Archer, Achievement goals in the classroom: Students’ learning strategies and motivation processes. Journal of educational psychology, 1988. 80(3): p. 260.
  7. Huhtiniemi, M., et al., Associations among Basic Psychological Needs, Motivation and Enjoyment within Finnish Physical Education Students. Journal of sports science & medicine, 2019. 18: p. 239-247.
  8. Chen, R., et al., Motivational climate, need satisfaction, self-determined motivation, and physical activity of students in secondary school physical education in China. BMC Public Health, 2020. 20(1): p. 1687.
  9. Hagger, M.S. and N.L.D. Chatzisarantis, The Trans-Contextual Model of Autonomous Motivation in Education: Conceptual and Empirical Issues and Meta-Analysis. Review of educational research, 2016. 86(2): p. 360-407.
  10. Ntovolis, Y., et al., An Application of the Trans-Contextual Model of Motivation in Elementary School Physical Education. 2015, 2015. 72(5).
  11. Kokkonen, J., et al., Effectiveness of a creative physical education intervention on elementary school students’ leisure-time physical activity motivation and overall physical activity in Finland. European Physical Education Review, 2019. 25(3): p. 796-815.

Artikelen uitgelicht


Beweegstimulering
Onderwijs
Kinderen
Gymnastiek
public, professional
tips
bewegingsonderwijs, gezondheidsbevordering, in beweging brengen, motorische ontwikkeling