Alles over sport logo

Met ‘nudging’ en ‘boosting’ kun je onbewuste en bewuste keuzes sturen

Als beweegprofessional weet je als geen ander hoe lastig het kan zijn om mensen in beweging te krijgen en te houden. Vaak willen mensen wel veranderen, maar vallen ze terug in oude gewoontes. Maar wat als je het mensen makkelijker kunt maken, bijna zonder dat ze het doorhebben? In dit artikel duiken we in de wereld van nudging en boosting, twee effectieve gedragstechnieken om beweeggedrag te stimuleren.

Een groot deel van dagelijks gedrag vindt automatisch en onbewust plaats. Veel mensen stappen op de fiets naar hun werk en rijden een vaste route zonder na te denken over elke afslag of het bewegen van hun benen. Dat gebeurt op de automatische piloot, waardoor ze mentaal bijvoorbeeld al bezig kunnen zijn met de aanstaande werkdag. De automatische piloot is functioneel en bespaart veel denkwerk. Tegelijkertijd kan de automatische piloot leiden tot minder gezonde keuzes, zoals de lift nemen in plaats van de trap of kiezen voor een kant-en-klaarmaaltijd boven een gezonde zelfbereide maaltijd. Daar komt ‘nudging’ om de hoek kijken: een subtiele manier om gedrag onbewust te beïnvloeden via de omgeving. Voor beweeggedrag betekent dat: naar de actieve en gezonde keuze.

Nudging: duwtje in de juiste richting

Economen Richard Thaler en Cass Sunstein introduceerden in 2008 de term ‘nudge’ (letterlijk: duwtje): een kleine aanpassing in de ‘keuzearchitectuur’ die mensen op een zachte manier een duwtje geeft richting de gewenste keuze[1]. Het is een ‘zacht’ duwtje, omdat je niemand iets verbiedt en geen keuzes wegneemt. Je zorgt er alleen voor dat de gewenste keuze makkelijker, aantrekkelijker of zichtbaarder wordt.

Stel je voor dat je een kantine binnenloopt. Een klassiek voorbeeld van nudging is het plaatsen van fruit op ooghoogte bij de ingang, terwijl de minder gezonde snacks verder weg liggen of minder prominent zijn uitgestald. Of denk aan stickers in de vorm van voetstapjes op de vloer die mensen richting de trap leiden, zodat de kans kleiner wordt dat ze de lift nemen. Hun vrijheid van keuze is niet beperkt, maar de gezonde keuze is makkelijker en zichtbaarder gemaakt.

Hoe pas je nudging toe?

Omdat een nudge zo’n subtiele aanpassing is in de omgeving, kun je deze als professional makkelijk toepassen om mensen meer te laten bewegen. Thaler en Sunstein beschrijven drie vormen van nudging die hiervoor geschikt zijn: default nudging, feedback nudging en stimulus nudging[1].

1. Maak de actieve keuze de standaard

Default nudging betekent dat je van de gezonde keuze de standaardkeuze maakt. Mensen zijn sterk geneigd om bij de standaardoptie te blijven, tenzij er een sterke reden is om daarvan af te wijken. Organiseer bijvoorbeeld bedrijfssportevenementen met een ‘opt-out’ systeem, waarbij werknemers automatisch zijn ingeschreven, tenzij ze actief aangeven niet te willen meedoen. Dit in tegenstelling tot een ‘opt-in’ systeem, waarbij ze zich vrijwillig moeten aanmelden. De deelname zal significant hoger zijn. Dit kun je ook inzetten op scholen, door deelname aan naschoolse beweegactiviteiten de standaard te maken. Ouders moeten dan actief aangeven dat hun kind niet meedoet, in plaats van dat ze hun kind moeten aanmelden.

2. Geef feedback bij een keuze

Met feedback nudging geef je directe feedback en maak je mensen bewuster van hun gedrag. Zo motiveer je ze om doelen te bereiken. Denk aan smartwatches of fitnesstrackers die trillen bij langdurige inactiviteit of een app die vuurwerk laat zien wanneer een stappendoel is behaald.

3. Promoot de keuze

Door middel van stimulus nudging maak je de gewenste keuze zichtbaar, aantrekkelijk en uitnodigend in de fysieke omgeving. Creëer bijvoorbeeld wandelroutes op bedrijfsterreinen of ‘vitaliteitspaden’ in stadsparken, gemarkeerd met opvallende symbolen of interactieve elementen. Ook op schoolpleinen kun je kinderen met stoepkrijtlijnen of voetstappen stimuleren om te hinkelen, springen of rennen. 

Nudging of manipulatie?

Nudging is een simpel maar krachtig instrument, maar heeft keerzijden.

  • Tijdelijk effect: mensen kunnen gewend raken aan nudges, waardoor het effect na verloop van tijd afneemt. Denk aan de voetstappen richting de trap: op een gegeven moment heeft iemand ze te vaak gezien en vallen ze niet meer op. Het effect is dan weg. 
  • Contextafhankelijk: nudges werken alleen op de plek waar ze aanwezig zijn. De voetstappen bij de ene trap hebben geen effect op het gebruik van een andere trap in een andere context. Nudges beïnvloeden namelijk niet de intrinsieke motivatie om vaker de trap te nemen of meer te bewegen. 
  • Complex gedrag: nudging werkt vaak het beste bij eenvoudige keuzes, zoals de trap nemen. Voor complex gedrag, zoals drie keer per week sporten, zijn nudges minder effectief. Dat komt omdat complex gedrag bestaat uit meerdere opeenvolgende keuzemomenten in verschillende contexten. 
  • Duurzame verandering: een duwtje in de juiste richting helpt mensen op gang, maar voor blijvende gedragsverandering is het belangrijk om naast de omgeving ook in te spelen op motivatie, weerstanden en competenties. 
  • Ethische uitdagingen: nudging roept ook ethische vragen op: mogen we mensen wel beïnvloeden zonder dat zij dit weten? Hoewel mensen bij nudging nog steeds zelf mogen kiezen, stuurt een nudge onbewust hun keuze. Het lijkt alsof ze vrij kiezen, maar toch worden ze een bepaalde kant opgeduwd. Het onbewust sturen en het gebrek aan transparantie daarover, kunnen als onethisch worden gezien. In die discussie speelt mee of mensen er nadeel van ondervinden. Mensen kunnen daarnaast ook weerstand ontwikkelen wanneer zij zich beïnvloed voelen[2]. Als professional is het daarom belangrijk om je bewust te zijn van deze ethische uitdagingen en af te wegen wanneer een nudge de beste oplossing is.

Boosting: een alternatief voor duurzame gedragsverandering

Als praktijkprofessional kun je een alternatief op nudging overwegen: ‘boosting’[3]. Waar nudging zich richt op het onbewust beïnvloeden van keuzes, helpt boosting de competenties en het zelfvertrouwen van mensen versterken, zodat zij zelf bewust de gewenste keuze kunnen maken. Het wordt daarom ook wel gezien als een manier om gedrag duurzamer te veranderen. Boosting kan bijvoorbeeld bestaan uit korte instructies of informatie, zoals uitleg over het instellen van een fitnessapparaat of een infographic over hoe vaak je moet opstaan tijdens werk. 

Uit onderzoek weten we dat informeren alleen vaak onvoldoende is om gedrag duurzaam te veranderen[4]. Maar boosting interventies vormen wel een eerste stap: ze vergroten het bewustzijn over gedrag. Als je boosts herhaalt en combineert met aanvullende ondersteuning (zoals bijvoorbeeld feedback of training) kunnen ze bijdragen aan structurele verandering. Boosting is dus geen volledige aanpak, maar wel een waardevolle strategie die kan bijdragen aan gedragsverandering.

Boosting boven nudging?

Boosting biedt een aantal voordelen ten opzichte van nudging:

  • Versterking van competentie: boosting helpt mensen om beter te kiezen. Ze vallen minder snel voor automatische en ongezonde keuzes. 
  • Duurzame gedragsverandering: door kennis en vaardigheden te vergroten, blijft het effect langer aanwezig dan bij een nudge en helpt het ook beter bij complex gedrag. 
  • Ethisch voordeel: boosting helpt op een transparante manier en helpt mensen bewust te worden. Hierdoor zijn er minder ethische bezwaren dan bij nudging. 

Conclusie

Nudging is een krachtig hulpmiddel om beweeggedrag te stimuleren, omdat het de gewenste keuze makkelijker, aantrekkelijker of zichtbaarder maakt. Het werkt vooral goed bij eenvoudige keuzes. Voor complexer gedrag en duurzame verandering is een nudge vaak niet genoeg. Dan is het belangrijk om de nudge te combineren met technieken die inspelen op bijvoorbeeld motivatie, weerstanden en vaardigheden van mensen. Boosting kan hierbij een waardevolle aanvulling zijn, omdat dit mensen helpt om zelfstandig en bewuster de gewenste keuze te maken.

Bronnen

  1. Thaler RH, Sunstein CR. Nudge: Improving decisions about health, wealth, and happiness. New Haven, CT, US: Yale University Press, 2008.
  2. Schmidt AT, Engelen B. The ethics of nudging: An overview. Philosophy Compass 2020; 15: e12658.
  3. Grüne-Yanoff T, Hertwig R. Nudge Versus Boost: How Coherent are Policy and Theory? Minds & Machines 2016; 26: 149–183.
  4. Albarracín D, Fayaz-Farkhad B, Granados Samayoa JA. Determinants of behaviour and their efficacy as targets of behavioural change interventions. Nature Reviews Psychology 2024; 3: 377–392.

Artikelen uitgelicht


Beweegstimulering
In de wijk, Openbare ruimte, Werk
public, professional
feiten en cijfers
beweegvriendelijke omgeving, gezondheidsbevordering, in beweging brengen