Alles over sport logo

Beweegtips voor baby’s en peuters

Baby’s en peuters die veel bewegen herstellen sneller bij ziekte en zijn mentaal sterker dan jonge kinderen die dat niet doen. Geef ze daarom de tijd en de ruimte om te bewegen, te ontdekken en zich te ontwikkelen, en lees deze beweegtips.

Om fit en gezond te blijven, moeten kleine kinderen elke dag minimaal een uur bewegen. Het is de vraag of ze dat halen, als ze naar televisie kijken, computerspelletjes spelen en in de kinderwagen zitten of in de maxicosi liggen. Hoe komen ze aan de nodige beweging? Ga samen spelen, en geef baby’s en peuters het goede voorbeeld. Hieronder de beweegtips.

Laat je baby bewegen

Vóór de geboorte bewegen baby’s al volop in de buik. Ze bewegen hun beentjes en openen en sluiten de handjes. Na de geboorte leert een baby door te bewegen zichzelf en de wereld kennen. Een baby zal tijdens het spelen coördinatie en spierkracht ontwikkelen. Daarmee bereidt hij zich voor op omrollen, hoofd optillen, zitten, kruipen, staan en lopen. Dit gebeurt spelenderwijs, maar altijd bewegend.

Laat je baby bewegen en blijf altijd in de buurt:

  • Leg je kind regelmatig op de buik als het wakker is. Zo leert het zijn hoofdje optillen en worden zijn rug en armpjes sterker. Dat heeft je baby nodig om te leren zitten, kruipen en lopen.
  • Leg je kind op een kleed op de grond waar het de ruimte heeft om te rollen of kruipen. Met speeltjes die geluid maken kun je je baby stimuleren om naar de speeltjes te grijpen.

Wist je dat de basis voor een goede motorische ontwikkeling al in de eerste zes maanden van het leven wordt gelegd?

Laat je peuter klimmen en vallen

Een peuter kan in bewegen zijn energie kwijt én leert veel nieuwe bewegingen. Peuters zijn avontuurlijk ingesteld en willen graag dingen uitproberen. Klimmen en klauteren horen daarbij. Af en toe een misstap is niet erg. Een kind leert daardoor te vallen en weer op te staan. Laat een kind lekker oefenen en stimuleer hem of haar door te gaan, ook als het even tegenzit.

Laat je peuter bewegen en blijf in de buurt:

  • Neem je kind zo veel mogelijk mee naar buiten: naar een speeltuin, een zandbak of een veldje. Regent het? Daar zit je kind niet mee. Niets leuker dan met laarzen aan door de regen stappen.
  • Ga je met je peuter in de buggy naar buiten? Laat hem dan ook stukjes zelf lopen. Misschien vindt hij het leuk om zelf de buggy te duwen. Leer je peuter om bij het oversteken jou een handje te geven. Zo kan hij op een veilige manier zelf lopen.

Wist je dat spelend bewegen ook goed is voor de taalontwikkeling? Je kind leert zo bijvoorbeeld kennismaken met begrippen als onder, boven of snel en langzaam.

Geef je kind tijd en ruimte

Bij een bewegingsachterstand gaan kinderen later lopen, houterig bewegen of vaker vallen. Door van jongs af aan veel te bewegen heeft een kind minder kans hierop. Kinderen die veel (buiten) spelen zijn gezonder: ze hebben minder kans op ongevallen, herstellen sneller bij ziekte en zijn mentaal sterker. Geef je kind daarom de tijd en de ruimte om te bewegen, te ontdekken en zich te ontwikkelen. Vroeg begonnen is vroeg gewonnen.

Artikelen uit de reeks


Artikelen uitgelicht


Beweegstimulering
Thuis - in en om huis
Jonge kinderen
public
motorische ontwikkeling