Alles over sport logo

Trainingsbelasting en blessurerisico

Wanneer een trainer het blessurerisico van een sporter wil schatten aan de hand van de trainingsbelasting dan kan hij hiervoor het beste de ervaren vermoeidheid van een sporter of de relatieve belasting gebruiken. Deze maten weerspiegelen het blessurerisico het beste.

In de topsport is het uiteraard belangrijk om blessures te voorkomen. Met het oog hierop monitoren veel trainers de trainingsbelasting van hun sporters. Een groep Amerikaanse onderzoekers onderzocht welke maat voor trainingsbelasting het blessurerisico het beste weerspiegelt. Hiertoe deden zij een literatuurstudie waarbij ze de resultaten van 57 studies onder de loep namen.

Het meten van de trainingsbelasting

De onderzoekers bevestigden resultaten uit eerder onderzoek dat de trainingsbelasting een goede maat is voor het blessurerisico van een sporter. Vooral de interne trainingsbelasting, gemeten aan de hand van de session Rate of Perceived Exertion (sRPE), en de relatieve belasting, gemeten met de acute:chronic workload ratio (AC-ratio), blijken goede indicatoren te zijn voor het blessurerisico van een sporter.

Wat is er al bekend?

  • Het bepalen van de trainingsbelasting kan helpen bij het inschatten van het blessurerisico.

Wat is nieuw?

  • Hiervoor zijn de session Rate of Perceived Exertion en de acute:chronic workload ratio de beste maten.

De sRPE is een maat voor de ervaren vermoeidheid van een sporter en neemt ook de duur van de inspanning mee. De AC-ratio geeft weer hoe de trainingsbelasting van bijvoorbeeld de huidige week zich verhoudt tot de belasting van de afgelopen vier weken. Ook andere verhoudingen dan de originele één tot vier weken ratio blijken een goede schatting te geven van het blessurerisico van een sporter.

De externe trainingsbelasting, bijvoorbeeld de afgelegde afstand, gaf ook een goede indicatie van het blessurerisico, maar dit gold niet voor alle manieren waarop de externe trainingsbelasting bepaald kan worden. Wanneer een trainer alleen kijkt naar de trainingsfrequentie, dan krijgt hij geen goed beeld van het blessurerisico van een sporter. Hetzelfde lijkt te gelden als er enkel en alleen naar de duur van een training gekeken wordt, en bijvoorbeeld niet in combinatie met de intensiteit.

Individuele verschillen

In hoeverre een bepaalde trainingsbelasting een verhoogd risico op blessures geeft, verschilt erg tussen verschillende sporters. Een individueel trainingsschema kan dan ook het beste gemaakt worden in overleg met een Strength & Conditioning coach.

Bron

  1. Eckard TG, Padua DA, Hearn DW, Pexa BS, Frank BS (2018). The relationship between training load and injury in athletes: a systematic review. Sports Med., 48:1929-1961.

Thema

Onderwerpen

Dit artikel is ook getoond op Topsporttopics.nl

Artikelen uitgelicht


Topsport
public, professional
samenvatting
blessures