Alles over sport logo

Decharge verlenen: niet verplicht, wel verstandig

Over het verlenen van decharge bestaan nogal wat misverstanden. Dat betreft niet alleen de spelling van het woord ‘decharge’ (het moet écht zónder accent aigu (´) worden geschreven), maar ook om de betekenis en het gebruik ervan. De Kascommissie Gids geeft opheldering over decharge verlenen.

Betekenis

Het woord decharge is lastig goed te vertalen en veel mensen weten dan ook eigenlijk niet goed wat ermee wordt bedoeld. Het begrip ‘getuige à decharge’ is wat bekender. Het gaat dan om een getuige die een ontlastende verklaring aflegt.

Decharge zou je dus kunnen vertalen als ontlasting, maar dat klinkt weer niet zo lekker. Het is wellicht het beste te omschrijven als een goedkeuring van de bestuursverantwoording (het jaarverslag en de jaarrekening) en van het gevoerde beleid en bestuur.

Als dus bijvoorbeeld uit de jaarrekening blijkt dat het bestuur veel meer geld aan een bepaalde activiteit heeft uitgegeven dan begroot, kan de ledenvergadering na het verlenen van decharge het bestuur niet meer op deze begrotingsoverschrijding aanspreken. Als er zaken zijn die ten onrechte niet uit de jaarrekening blijken (bijvoorbeeld wanneer er een grote fraude is gepleegd waardoor de jaarrekening achteraf ook niet blijkt te kloppen), kan het bestuur zich niet beroepen op de verleende decharge.

In tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, geen enkele wettelijke bepaling die voorschrijft dat het bestuur elk jaar decharge moet vragen of krijgen van de ledenvergadering.

Decharge aan het bestuur

Het is de ledenvergadering die decharge geeft aan het bestuur. De decharge wordt dus niet alleen aan de penningmeester gegeven en ook niet door de kascommissie.

Decharge houdt in dat de bestuursverantwoording wordt goedgekeurd en daarmee ook het gevoerde bestuur. Het is mogelijk dat de verantwoording (jaarrekening en jaarverslag) een correct beeld geeft van het gevoerde bestuur en daarom wordt goedgekeurd, maar dat de ledenvergadering het niet eens is met het gevoerde bestuur. In dat geval zal geen decharge worden verleend.

De kascommissie hoort ook geen advies aan de ledenvergadering te geven om decharge te verlenen. Daarvoor zijn twee redenen:

  1. De kascommissie controleert alleen de jaarrekening en niet het jaarverslag.
  2. De kascommissie heeft niet als taak om het gevoerde bestuur te beoordelen.

Een mededeling van de kascommissie aan de ledenvergadering als ‘De kascommissie adviseert de Algemene Ledenvergadering het bestuur decharge te verlenen’ is weliswaar heel gebruikelijk, maar eigenlijk dus niet correct. Om toch aan te sluiten om deze gewoonte, maar ook goed aan te geven dat het bij decharge niet alleen gaat om de jaarrekening, zou de kascommissie de volgende tekst kunnen gebruiken: ‘Als de ledenvergadering ook instemt met het gevoerde bestuur, kan decharge aan het bestuur worden verleend.’ Het kan immers zijn dat de jaarrekening helemaal correct is, maar dat er andere omstandigheden zijn waardoor de ledenvergadering geen decharge aan het bestuur wil verlenen.

De reden daarvoor hoeft helemaal niet op het financiële vlak te liggen. Een reden kan bijvoorbeeld zijn dat de ledenvergadering vindt dat het bestuur het eerder afgesproken jeugdbeleid herhaaldelijk niet goed heeft gerealiseerd. Of dat het bestuur conflicten heeft met trainers terwijl de meeste leden de trainers steunen.

Een voorbeeld op financieel terrein

Stel: het bestuur heeft verzuimd om voor het uitvoeren van een grote onderhoudsklus aan het clubhuis verschillende offertes aan te vragen en heeft deze werkzaamheden in plaats daarvan tegen een veel hoger dan normale prijs laten uitvoeren door het bedrijf van de broer van de secretaris.

De kosten van deze werkzaamheden zijn keurig verwerkt in de jaarrekening en de jaarrekening klopt ook op alle andere punten. Toch is het goed denkbaar dat de ledenvergadering geen decharge wil geven.

Een ander voorbeeld kan zijn dat enkele bestuursleden een grote achterstand hebben in het betalen van de contributie.

Geen expliciete decharge

Zoals eerder vermeld, is er geen wettelijke bepaling die voorschrijft dat het onderwerp ‘decharge’ op de agenda van de ledenvergadering moet worden geplaatst. Maar het is zeker een goed gebruik om jaarlijks expliciet stil te staan bij de vraag of het bestuur goed heeft bestuurd en of de verantwoording van het bestuur in orde is. De beantwoording van die vragen geeft duidelijkheid naar het bestuur.

Je zou kunnen zeggen dat het bestuur ook recht heeft op die duidelijkheid, vandaar dat het ook goed is als een bestuur dit onderwerp op de agenda van de ledenvergadering plaatst. Maar als het onderwerp ‘decharge’ niet op de agenda staat, de jaarrekening wordt goedgekeurd (want het onderwerp ‘jaarrekening’ is wél een voorgeschreven agendapunt) en er geen grote kritiek is op het functioneren van het bestuur, is er feitelijk ook sprake van decharge, zij het stilzwijgend.


Onderwerpen

Artikelen uitgelicht


Vitale sportsector
Sportaanbieders
professional
opinie
sportbestuur