Alles over sport logo

Verduurzamen in de praktijk: Een debat met ervaringsdeskundigen

De sportsector staat voor de uitdaging een grote verduurzamingsslag te maken, met de Routekaart Verduurzaming Sport als leidraad. Tijdens de Nationale Vakbeurs Sport in september 2020 ging een panel van experts en ervaringsdeskundigen, onder leiding van Michael Poot van Kenniscentrum Sport & Bewegen met elkaar in gesprek. Op de agenda: de uitdagingen, de kansen en de eerste lessen die in de praktijk geleerd zijn. Samenwerking blijkt vooralsnog het toverwoord.

De doelstellingen uit de Routekaart Verduurzaming Sport zijn helder. Een betaalbare en gezonde sportomgeving met een CO2-reductie van 95% in 2050 ten opzichte van 1990, de overgang naar milieuvriendelijk (lees: zonder gewasbestrijdingsmiddelen) terreinbeheer en de overgang naar het gebruik van circulair materiaal. Bovendien moeten sportaccommodaties klimaatadaptief worden ingericht, zodat ze bestand zijn tegen extreme hitte en forse neerslag. Rik van Kraaij, namens de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) betrokken bij de totstandkoming van de Routekaart, had weinig woorden nodig om de urgentie aan te geven: “Stilzitten is geen optie”.

Sportbestuurders ontzorgen

Toch is verduurzaming nog altijd geen vanzelfsprekend thema, constateerden de panelleden. Sportbestuurders hebben immers al zo veel dagelijkse beslommeringen. “Ontzorgen is dan ook heel belangrijk”, stelde Paul van Dijk van SportDrenthe, dat een provinciale taskforce op dit thema leidt.

“Je moet verenigingen aan de hand nemen, anders verdwijnt een energiescan zo maar onder in de bureaula. We zijn in Drenthe gestart met de verduurzaming van 225 sportaccommodaties. We hebben inmiddels 150 energiescans laten uitvoeren. Bij 120 verenigingen verzorgen we één-op-één trajectbegeleiding. Met de groep koplopers zijn we goed op weg. Op sommige plekken kunnen we zelfs energie opslaan. Nu moeten we de rest van het peloton nog zover zien te krijgen dat ze gaan verduurzamen.”

Massa is kassa

Samenwerking is volgens Van Dijk het toverwoord. “Als we op grote schaal gezamenlijk inkopen, zoals bij de aanschaf van de armaturen voor led-verlichting, dan scheelt dat een vereniging zo 30% in de aanschafprijs.” René de Heer, VVD-wethouder in Zwolle met sport in zijn portefeuille, beaamde deze woorden met de marktwijsheid massa is kassa. Zijn gemeente investeert ook in deze overtuiging door subsidies te koppelen aan samenwerken.

Positieve impuls dankzij Sportakkoord

“En het Sportakkoord heeft de lokale samenwerking ook een enorme impuls gegeven”, gaat De Heer verder. “Niet alleen tussen sportclubs onderling, ook bedrijven schoven aan. Ik heb daardoor supermooie combinaties zien ontstaan die ik zelf niet had kunnen verzinnen. En de aanleiding is misschien niet zo leuk, maar de financiële crisis in 2008 heeft er noodgedwongen toe geleid dat men elkaar is gaan opzoeken. Door samen te werken is de creativiteit van de belanghebbenden aangesproken en dat heeft zich in de praktijk positief uitbetaald. Nu met corona is die samenwerkingsstructuur optimaal gebruikt om elkaar te helpen met het vinden van sportruimte. Een voorbeeld: Voetbalclubs stelden hun kunstgrasvelden open voor dansles, karate en volleybaltrainingen.”

André Kasel, werkzaam als zelfstandig sportformateur, telde ook de zegeningen van de lokale Sportakkoorden. “Partijen die elkaar alleen van naam kenden, komen elkaar nu ook echt tegen. Ook steeds meer maatschappelijke partijen haken aan. Voorbeeld: bij een softbalvereniging in Meppel waren de gaslampen aan het eind van hun levensduur. Doordat verschillende partijen met elkaar in gesprek bleven, worden die lampen nu vervangen door led-verlichting. Het stroomvoordeel is zo groot, dat de gemeente nauwelijks extra kosten maakt en de club veel betere veldverlichting heeft.”

Verenigingsbubbel

Wethouder De Heer gaf desgevraagd een advies aan andere gemeenten: zoek de urgentie. Geldbesparing is iets dat veel mensen zal aanspreken. Zorg ervoor dat je mensen uit hun ‘verenigingsbubbel’ haalt. Je vergroot je netwerk, en je hebt meer kennis tot je beschikking. Als je iets ingewikkeld vindt, moet je vooral niet stil blijven zitten.” De Heer heeft zijn hoop vooral gevestigd op een nieuwe generatie sportbestuurders, in de verwachting dat die meer geneigd zullen zijn om de samenwerking te zoeken en dat zij de noodzaak tot verduurzamen meer in hun dna hebben zitten.

Paul van Dijk: “Verenigingen zijn uiteraard geïnteresseerd in besparingen. Lagere lasten houden de breedtesport toegankelijk. Daarbij komt dat veel sportverenigingen nu echt in de problemen komen door de coronacrisis. Juist nu moeten we verenigingen tegemoetkomen door ze te ondersteunen, ook bij de verduurzaming. Men is vaak niet op de hoogte van de bestaande subsidieregelingen, dat maar dat maakt maar weer eens duidelijk hoe belangrijk het ontzorgingstraject is.

Sportverenigingen hoeven de duurzaamheidsdoelstellingen niet op eigen houtje aan te gaan, er is een ontzorgingstraject opgetuigd onder auspiciën van NOC*NSF, waarbij clubs stapsgewijs worden begeleid. Naast een energiescan worden clubs geholpen bij het aanvragen en vergelijken van offertes, het opstellen van een businesscase én bij de uitvoering van de verduurzaming. Klik hier voor meer informatie.

Rik van Kraaij gaf aan dat er nog meer kansen liggen. “Veel sportaccommodaties liggen in woonwijken. Gemeenten moeten een warmtevisie hebben, aan de hand waarvan ze op wijkniveau de energietransitie organiseren. Dit biedt enorme kansen voor sportverenigingen: veel velden worden overdag niet gebruikt. Dus leg daar zonneceltapijten overheen en je kunt enorm veel energie opwekken.”

“Zien verduurzamen doet verduurzamen”

Paul van Dijk had nog een tip om de vrijwilligers bij sportclubs te inspireren om de handschoen op te pakken. “Wij hebben een mooie film gemaakt van een van de eerste clubs die succesvol met verduurzaming aan de slag is gegaan. Dit hebben we laten aan bestuurders en dat werkte enorm enthousiasmerend, want: zien verduurzamen doet verduurzamen.”

Rik van Kraaij signaleerde nog dat de nut en noodzaak van energiebesparing inmiddels wel bij veel mensen tussen de oren zit, maar dat dat niet geldt voor hergebruik van materiaal. René de Heer vertelde daarop dat in zijn stad een nieuwe sporthal is verrezen die energieneutraal en bijna circulair is. Maar hij plaatste ook een kanttekening. “Ik wil geen succesverhaal ophangen. We hebben onlangs een accommodatieonderzoek laten uitvoeren: van de 80 gymzalen in onze gemeente zijn er 70 zwaar verouderd. Daar kun je niks mee, die kun je niet verduurzamen. Het positieve: de mindset om dit probleem aan te pakken is er wel.”


Dit artikel is ook getoond op Duurzamesportsector.nl en Sportakkoord.nl

Artikelen uitgelicht


Vitale sportsector
Sportaanbieders
public, professional
opinie
accommodatiebeleid, duurzaamheid