Alles over sport logo

Contributiemonitor door de jaren heen: de belangrijkste conclusies

Benieuwd wat sportverenigingen aan contributie vragen van hun leden, door de jaren heen? Wat de maatschappelijke trends en lokale verschillen hierin zijn? In dit artikel lees je hoe contributie én toegangprijzen zich ontwikkelen in Nederland. Deze informatie helpt je om de sport betaalbaar en toegankelijk te houden voor iedereen.

Over de monitor

Sinds seizoen 2016/2017 volgen het Mulier Instituut en de Hogeschool Arnhem en Nijmegen (en sinds 2019 Fontys Marketing en Communicatie) jaarlijks de contributies en toegangsprijzen in Nederland. Sinds 2020 beschrijven zij de toegangsprijzen van zwembaden, ijshallen en klim-en boulderhallen in een aparte monitor.

Voor beleidsmakers is dit relevante informatie. Als je weet hoe prijzen zich ontwikkelen onder invloed van maatschappelijke ontwikkelingen, kun je bepalen hoe je de sport betaalbaar en toegankelijk houdt voor iedereen. In dit artikel kijken we kort naar de belangrijkste conclusies van de afgelopen seizoenen tot nu.

Goed om te weten: elk jaar legt de monitor andere accenten qua type sporten en qua maatschappelijke ontwikkelingen. Tenzij anders gemeld, is bij de berekeningen gecorrigeerd voor inflatie.

2022/2023: contributie stijgt, maar minder dan inflatie – in een tijd met hoge inflatie

De Contributiemonitor van 2022/2023 keek naar de sporten atletiek, golf, handbal, handboogschieten, hockey, schaatsen/skeeleren, tafeltennis, toerfietsen en wandelen. 

Sinds januari 2022 is de inflatie in ons land sterk gestegen en hebben sportverenigingen last van stijgende energieprijzen. De vraag is in hoeverre je dit terugziet in de contributieprijzen. 

De belangrijkste conclusies waren:

  • Van de onderzochte sporten was de contributie bij golf het hoogst (€ 964 voor senioren) per jaar. En bij toerfietsen (€ 64 voor hoofdleden), wandelen (€ 53) en skeeleren (€ 63) het laagst. 
  • Bij sporten die zowel senioren, als junioren, als pupillen bedienen, was  de contributie bij hockey in alle categorieën het hoogst. 
  • Ten opzichte van 2020/2021 is de contributie bij de meeste sporten licht gestegen. Maar ten opzichte van de inflatie, is de contributie bij de meeste sporten juist licht gedaald: met 14% tot 1%. 
  • Bij golf is er echter een stijging in de contributie bij jongvolwassenen,  jeugd en pupillen. 
  • De contributie is gemiddeld hoger bij gemeenten met een stijgend inwonersaantal en met een hoger aandeel hoogopgeleiden. 
  • In gemeenten waar al veel mensen lid zijn van een sportvereniging, is de contributie gemiddeld juist lager. 

Lees de volledige contributiemonitor van 2022/2023 hier. 

De gevolgen van de energiecrisis voor sportaanbieders

Het Mulier Instituut kreeg op basis van vragenlijsten een beeld van de gevolgen van de energiecrisis bij sportverenigingen. Door de hoge inflatie en energieprijzen kampt een derde van de sportverenigingen met financiële problemen[2]. Daarnaast berekenen vier op de tien sportverenigingen waarvan de huurprijzen verhoogd zijn, deze kosten door in de contributie. Drie op de tien sportverenigingen met stijgende energiekosten verhoogden de contributie[2]. Uit de contributiemonitor blijkt dat de prijzen weliswaar zijn verhoogd, maar minder hard zijn gestegen dan de inflatie. Clubs hebben dus rekening gehouden met de betaalbaarheid voor hun leden. 

Toegangsprijsmonitor 2022/2023

De toegangsprijzen van zwembaden, ijsbanen en klim-en boulderhallen staan in een aparte monitor. Met name voor zwembaden waren de stijgende energieprijzen een zeer groot punt van zorg in 2022. Ondernemende sportaanbieders gaven aan de stijgende kosten niet direct door te berekenen in de prijs van de toegangskaartjes[3].

  • De kosten van een los zwembadkaartje waren ten opzichte van het vorige seizoen gedaald met 5%.
  • De toegangsprijzen van een los zwembadbezoek zijn gemiddeld hoger in gemeenten waar het jaarinkomen per inwoner relatief hoger is. De toegangsprijs is gemiddeld lager in gemeenten die een hogere sportuitgave hebben per inwoner. 
  • De toegangsprijzen van de schaatsbanen daalden gemiddeld met 5%.
  • De gemiddelde toegangsprijzen voor boulderen (pupillen) en voor klimhallen (volwassenen) zijn gestegen. Voor de andere categorieën daalden de toegangsprijzen voor klim- en boulderhallen.  

Lees de volledige toegangsprijsmonitor van 2022/2023 hier.

2021/2022: contributie in vijf sporttakken loopt iets achter op de inflatie

De Contributiemonitor 2021/2022 keek naar de sporten basketbal, korfbal, rugby, tennis, voetbal en paardensport. De belangrijkste conclusies waren:

  • De contributie was het hoogste voor basketbal (€ 251) en paardensport (€ 87). En het laagst voor tennis (€ 80). Voor paardensport en tennis zitten trainingen niet altijd in de ‘kale’ contributie. 
  • De contributies van deze sporten bleven ten opzichte van 2019/2020 gemiddeld genomen gelijk of stegen licht. Rekening houdend met inflatiecorrectie, daalden de prijzen echter. En dat is opmerkelijk, want de inflatie steeg in die tijd flink. Van 1,6% in januari 2021 naar 6,4% in januari 2022 [1]. Het kan echter zijn dat met het vaststellen van de contributie, nog geen rekening is gehouden met deze sterk stijgende inflatie. 
  • De contributieprijzen waren gemiddeld hoger in meer stedelijke gemeenten, met een stijgend inwonersaantal en een lager aandeel inwoners met een Nederlandse achtergrond. 
  • In West-Nederland was de gemiddelde contributie het hoogst. 

Lees de volledige contributiemonitor van 2021/2022 hier. 

Toegangsprijsmonitor 2021/2022

De belangrijkste uitkomsten waren: 

  • De toegangsprijzen van zwembaden en ijsbanen volgden ongeveer de inflatie. 
  • De toegangsprijs voor volwassenen in klimhallen steeg met 2% en de toegangsprijs voor boulderen steeg met 7%.

Lees de volledige toegangsprijsmonitor van 2021/2022 hier. 

2020/2021: contributies en toegangsprijzen in coronajaar volgen grotendeels de inflatie

In 2020/2021 vond de dataverzameling plaats tijdens de coronamaatregelen. Er werd naar tien verschillende sporten gekeken, waarbij schaatsen/skeeleren, wandelen en toerfietsen nieuw waren. De belangrijkste conclusies waren:

  • De gemiddelde contributies bij hockey en handbal stegen sinds 2016. Ook bij golf stegen de contributies, behalve bij de volwassenen. De gemiddelde contributies van atletiek, handboogschieten en voetbal daalden echter. 
  • De contributies voor senioren bij schaatsen/skeeleren zijn het laagst van alle sporten met gemiddeld € 58 per jaar. De sport met de hoogste contributie voor senioren was hockey, met € 306. 
  • Het bleek dat de contributies vaker stegen in gemeenten met een stijgend inwoneraantal en een grotere verstedelijking. Ook in gemeenten waar het aandeel hoogopgeleiden hoger was, bleken de contributies ook vaak hoger. 
  • De invloed van corona op de contributie is nog niet zichtbaar in deze analyse. Uit de monitor bleek wel dat 20% van de sportbonden verwachtte de contributie te verhogen in 2022. Omdat verenigingen in het voorjaar van 2020 gesloten waren, overwoog 18% van de verenigingen om een deel van de contributie terug te storten.

Lees de volledige contributiemonitor van 2020/2021 hier. 

Toegangsprijsmonitor 2020/2021

De belangrijkste uitkomsten waren:

  • De toegangsprijzen voor het zwembad volgden de inflatie. En hoewel zwembaden geen hogere prijzen vroegen, bleek wel dat 30% van de zwembaden en zwemscholen zich zorgen maakten om hun financiële situatie. Meer dan de helft maakte in 2020 of 2021 gebruik van financiële steunmaatregelen. 
  • De toegangsprijzen van ijsbanen stegen gemiddeld 1% sneller dan de inflatie. 
  • De toegangsprijzen voor klimmen bij volwassenen daalde, maar bij boulderen bleven ze gelijk aan de inflatie. 

2019/2020: verschillen per sport

Voordat corona in Nederland opdook, keek de Contributiemonitor 2019/2020 naar vijf sporten: basketbal-, korfbal-, rugby-, voetbal- en tennisverenigingen. De belangrijkste conclusies waren:

  • De gemiddelde contributie voor een jaarlidmaatschap volgde ongeveer de inflatie. 
  • Bij basketbal en voetbal steeg de gemiddelde contributie voor senioren wat sneller dan de inflatie, in het rugby en tennis wat langzamer. 
  • Opvallend is dat de contributies voor voetbal het sterkst stegen in gemeenten met inwoners met een relatief laag inkomen. Mensen met een relatief lager inkomen zijn al minder vaak lid van een sportvereniging. En het stijgen van de prijzen kan een belemmering vormen in de toegankelijkheid van sport voor deze doelgroep. 
  • In dit seizoen bracht dezelfde monitor ook de toegangsprijzen van zwembaden, kunstijsbanen en klim- en boulderhallen in kaart. De prijs voor een volwassene steeg bij zwembaden met 3% ten opzichte van 2016/2017.
  • Dat gold ook voor ijsbanen, ten opzichte van 2015/2016. De prijzen voor klim- en boulderhallen veranderden nauwelijks.

Lees de volledige contributiemonitor van 2019/2020 hier. 

2018/2019: in de pas met inflatie

In 2018/2019 keek de Contributiemonitor naast atletiek, handbal, hockey, voetbal en volleybal ook naar golf, handboogschieten en tafeltennis . De belangrijkste conclusies waren:

  • Leden van een golfclub betalen het meest, gevolgd door hockey. Voor handboogschieten en atletiek ben je het minst kwijt.
  • Kijkend naar inflatie blijken de hockeycontributies gemiddeld iets harder te stijgen, waar atletiek, handbal en volleybal juist iets achterblijven.

Lees de volledige contributiemonitor van 2018/2019 hier. 

2017/2018: personen met een migratieachtergrond

In 2017/2018 keer de Contributiemonitor naar voetbal, korfbal, rugby, tennis en basketbal. De belangrijkste conclusies waren:

Lees de volledige contributiemonitor van 2017/2018 hier. 

2016/2017: verschil stedelijk en niet-stedelijk

In 2016/2017 keek de Contributiemonitor naar handbal, voetbal, tennis, volleybal, hockey en atletiek. De belangrijkste conclusies waren:

  • Voor hockey betaalde men het meest, voor tennis en atletiek het minst.
  • In niet-stedelijke gebieden betalen de leden gemiddeld 30% minder contributie dan leden in zeer stedelijke gebieden. De onderzoekers namen destijds aan dat de hogere grondprijs wordt doorvertaald naar hogere huur voor verenigingen. En dat die op hun beurt een hogere contributie vragen van hun leden.

Lees de volledige contributiemonitor van 2016/2017

Om vast te stellen hoe de contributies zich ontwikkelen worden de contributies van de behandelde sporten vergeleken met de meest recente voorgaande meting met correctie voor de ConsumentenPrijsIndex (CPI) (inflatie).

Meer lezen over de contributiemonitoren

Literatuurlijst 

  1. Centraal Bureau van de Statistiek. Inflatie. [Internet]. Geraadpleegd van:https://www.cbs.nl/nl-nl/visualisaties/dashboard-economie/prijzen/inflatie. [Op 15-07-2023].
  2. Dalhuisen C, Aarnink A, Kalmthout J van, Eldert P van. Gevolgen van de energiecrisis voor sportverenigingen: rapportage sportverenigingen maart 2023. Utrecht: Mulier Instituut; 2023.
  3. Kalmthout J van. Energielasten ondernemende sportaanbieders en sportverenigingen. Utrecht: Mulier Instituut; 2022.


Artikelen uitgelicht


Beleid
Sportaanbieders
public, professional
feiten en cijfers
financiering en subsidies, waarde van sport en bewegen